697
1 JUNI 1971
de huidige hinderwet biedt niet voldoende bescherming en daarnaast
zullen zeer zeker goede, sluitende en op basis van vrijwilligheid be
rustende bepalingen nodig zijn. Tenslotte wil ik opmerken dat ik van
mening ben dat het, gezien de gehele problematiek die hiermee sa
menhangt en het belang dat dit industrie- en havenschap vermoedelijk
voor de nationale economie zal krijgen, goed zou zijn wanneer het
rijk als partner zou meedoen. Ik kan u overigens mededelen dat mijn
fractie dit voorstel zal steunen.
De heer GEENE: Het is plezierig dat de provinciale staten het
spits hebben afgebeten, want het zag er eerst naar uit dat Breda zou
moeten besluiten voordat provinciale staten een beslissing zouden heb
ben genomen. Ik wil niet zeggen dat het voor ons enig verschil zou
hebben gemaakt, maar je voelt je toch wel gesterkt als je weet dat
deze edele hoge lieden besloten hebben medewerking te verlenen.
De deelname aan het industrieschap Moerdijk is uitvoerig be
sproken in de gecombineerde vergadering van de afdeling financiën
en ruimtelijke ordening. Er waren toen nogal wat vragen en er is een
groot aantal opmerkingen gemaakt, hoofdzakelijk met betrekking tot
de financiële consequenties. Ik heb begrepen dat de bestuurlijke za
ken al in een veel eerder stadium uitvoerig aan de orde zijn geweest,
zodat ten aanzien daarvan minder aan- en opmerkingen zijn gemaakt.
Op de vragen en opmerkingen toen gesteld en gemaakt hebben de bur
gemeesters van de Zekluza, die in die vergadering aanwezig waren,
uitvoerig geantwoord en zij hebben daarmee een groot deel van de
bezorgdheid kunnen wegnemen. Toch zijn er nog wel wat vraagpunten
gebleven. Zo is de juiste oppervlakte van het terrein ook na de toe-
lichting van de burgemeesters niet exact vastgesteld. Is de gecalcu
leerde verkoopprijs te realiseren in verband met industrieterreinen in
de omgeving? De doorberekening van de kosten van de groengordel is
ook niet duidelijk uit de verf gekomen, terwijl op de vraag inzake
de bijdrage voor de aan te leggen spoorlijn en de aanlegkosten voor
de verbindingsweg Breda - Moerdijk geen duidelijk antwoord is geko
men. Verder is geconstateerd dat het antwoord van de directeur van
het industrieschap op de brief van de actiegroep onbevredigend en
niet geheel juist is. Waar de actiegroep geen gelijk heeft is bij het
aanroeren van de zandkwestie. Ik heb de moeite genomen dit na te
rekenen en daaruit blijkt dat dit industrieschap 0, 30 per m3 zand-
recht betaalt, hetgeen een zeer billijke heffing is. Ondanks dit alles
moet het verantwoord worden geacht dat Breda deelneemt aan dit ge
beuren, en wel om de volgende redenen. De financiële consequenties
zijn gewoon niet te voorzien en ook niet te overzien. De bedragen die
met de aanleg zijn gemoeid, ongeveer 619 miljoen, kunnen heel
gemakkelijk enkele procenten afwijken van de nu geraamde kosten.
Er zijn echter voldoende mogelijkheden aan te wijzen om te bezuini
gen en bij te sturen, bijvoorbeeld door het bouwrijp maken en de mo
gelijkheid tot uitgifte op elkaar af te stemmen. Bovendien mag toch
worden gerekend op rijkssteun, zoals ook bij de havenschappen Vlis-
singen, Terneuzen, Delfzijl enzovoorts. Verder ben ik van mening
dat Breda een belangrijke taak kan vervullen in de vorm van technische
en bestuurlijke begeleiding, waardoor meer en beter tegenspel tegen de
grote industrieën is te leveren. Een goede ontwikkeling maar ook bege
leiding van het industrieterrein is voor Breda van groot belang. Het
zou niet juist zijn het alleen aan de kleine gemeenten over te laten en
als centrumgemeente uit de verte toe te zien. Onze fractie is derhalve