1 JUNI 1971
Wethouder BROEDERS: Wij hebben met elkaar afgesproken dat ik
het financiële deel voor mijn rekening zou nemen. Ik moet zeggen dat
dit nu beduidend meer is dan toen wij een jaar geleden over ditzelfde
onderwerp in de raad praatten. Ik herinner mij dat ik bij die gelegenheid
heb gezegd dat de raad wat het financiële risico betrof wat lauw reageer
de, omdat er naar mijn mening op dat moment toch al wel duidelijk
financiële risico's te onderkennen waren. Ik meen dat het gewoon een
winstpunt is dat er thans meer informatie betreffende die risico's is, al
kan niet worden gezegd dat de risico's volledig kunnen worden overzien.
U vindt dit ook terug in het stuk en het is ook van uw kant al een en
andermaal gezegd. De risico's zijn dus niet helemaal te benaderen.
De opvatting van de heer Spanjer over eerst vijftien jaar investerings
bedrijf en daarna exploitatiemaatschappij, is inderdaad in de voorstel
ling zoals die nu aanwezig is, maar op grond van de voorliggende re
geling zou het ook anders kunnen en zou bijvoorbeeld die exploitatiemaat
schappij al eerder kunnen gaan functioneren; het zou overigens ook later
kunnen. Het is een prognose. U weet waar het in de regel in zit, name
lijk dat tekorten worden overgeboekt naar volgende jaren. Zij komen
dan weer aan de orde wanneer het als exploitatiemaatschappij gaat
fungeren, maar ook in die situatie zullen tekorten nog naar de jaren
daarna kunnen worden overgeboekt. Het hangt namelijk ook af van
wel ke verwachtingen men heeft met betrekking tot de verhuur van de
terreinen en tot o. a. de precariorechten van de leidingstraat. Dit is
dus een wat onzekere factor; er bestaat een prognose voor en ik geloof
dat het wel verantwoord is dat wij daarop aan het werk gaan.
Op de kwestie van andere risico's kom ik in een ander verband
nog wel even terug.
De heer Spanjer en enkele anderen hebben opgemerkt dat de prijs
die de Shell moet betalen toch wel te laag is; de heer Spanjer stelde:
jammer dat het rijk de grond zo vroeg heeft verkocht. Ik wil toch niet
de indruk gewekt zien alsof dit een foute zaak zou zijn. Men moet dan
teruggaan naar het moment waarop die beslissing is genomen om te
kunnen bezien of het gezien de informatie die toen voorhanden was
al dan niet juist was die beslissing te nemen. Bovendien is er de vraag
welke waarde moet worden toegekend aan het feit dat de Shell als trek
ker voor dat gehele gebied gaat fungeren. Dat is een factor die ook
niet geheel juist te beoordelen is. Ik geef onmiddellijk toe dat u, als
u nu op grond van calculaties een grondprijs zou moeten berekenen, op
een andere prijs zou uitkomen dan die welke aan de Shell is gevraagd,
alhoewel wij natuurlijk niet moeten vergeten dat wij bij de prognose
die hier ligt en bij de prijzen die hier gehanteerd worden over een aantal
jaren praten. Als wij praten over een gemiddelde grondprijs van bij wij
ze van spreken 50, praten wij toch niet meer over de jaren waar
in de Shell de grond gekocht heeft. Men moet daarin dan ook rente en
geldontwaarding verdisconteren. Misschien zou bij een analysering van
de situatie zoals die nu is wel een element kunnen worden gevonden in
de zin van - ik heb in mijn aantekeningen vaak het woord "rijksdeel
name" staan - een rijksbijdrage, die op een andere wijze gerealiseerd
zou kunnen worden, maar die ten aanzien van het financiële aspect
misschien hetzelfde of zelfs nog een beter effect zou kunnen hebben.
De heer Geene heeft een zeer hoge kwalificatie toegekend aan
provinciale staten en heeft gezegd dat zij het spits hebben afgebeten.
Daar ga ik nu niet op in. Met betrekking tot de financiële consequen
ties wijst hij op een aantal zaken die inderdaad niet helemaal concreet
zijn vast te stellen, zoals de juiste oppervlakte van het terrein. Ten