733
8 JUNI 1971
bepaald zijn. Ik neem dus aan dat het ordevoorstel niet is bespro
ken in het fractiebestuur en dat het een persoonlijk initiatief is
geweest van een lid van de raad.
De heer Crul en ik zullen nog uitvoerig terugkomen op de rede
nen waarom wij ons op 27 mei aan de besprekingen hebben onttrokken.
De heer van Loon heeft gesproken over de verantwoording aan de
kiezers en hij heeft de komst van het publiek en de aanwezigheid
van de pers aangehaald. Volgens hem was het toen mogelijk al de
punten aan de orde te stellen die nu aan de orde kunnen worden
gesteld. Ik geloof dat dit niet waar is. Ik heb hier namelijk de
woordelijke tekst van hetgeen de heer Broeders op 27 mei gezegd
heeft, namelijk dat er alleen maar zakelijke punten aan de orde
zijn. Als men precies wil weten wat de wethouder heeft gezegd
wil ik dat graag exact citeren. Op zichzelf bewijst dat al dat het
toen niet mogelijk was de relatie te leggen naar personen.
Straks zullen wij uitvoeriger ingaan op de openheid. Persoonlijk
geloof ik dat de raad de openheid een bijzonder slechte dienst be
wijst als hij ingaat op het ordevoorstel. De openheid vordert dat
hier een aantal zaken duidelijk aan de orde wordt gesteld. Als dit
ordevoorstel wordt aangenomen moet ik tot mijn spijt constateren
dat kennelijk bepaalde zaken en personen in bescherming genomen
moeten worden en dat op een wijze die ik als niet-democratisch
zou willen kenschetsen, hier een open gesprek verhinderd wordt.
De heer CRUL-, Allereerst wil ik zakelijk ingaan op het verzoek
van de heren
De VOORZITTER: Misschien mag ik voor de goede orde even
mededelen dat het ordevoorstel, dat de heer van Loon heeft inge
diend, ondertekend is door mevrouw jager, de heer Kroon, de neer
von Schmid en de heer van Loon.
De heer CRUL: Ik wil eerst op de zakelijke kant van het orde
voorstel ingaan, om daarna een verklaring te geven van het ons
onttrekken aan de beraadslagingen van 27 mei, want daarop is dit
ordevoorstel een aanval.
In punt 3 wordt gezegd dat op 27 mei jl. deze zaak zonder enige
beperking aan de orde had kunnen worden gesteld. De heer Broeders
heeft in die vergadering echter uitdrukkelijk gezegd dat zulks niet
het geval zou zijn. Misschien zal hij dat vandaag op een andere
manier uitleggen, maar hij heeft toen uitdrukkelijk gesteld dat er
alleen maar een zakelijke benadering van de relatie gemeente-
Bouvigne-Wolfslaar mogelijk was.
De VOORZITTER: Ik heb geen goedgekeurde notulen van die ver
gadering. U hebt die blijkbaar wel.
De heer CRUL: Wij hebben geen goedgekeurde notulen, maar wij
hebben hierbeneden wel geluisterd en notities gemaakt. Uit het offi
ciële verslag zal blijken dat de heer Broeders dat gezegd heeft.
Dan de verklaring van de heer van Loon over het toezenden van
het rapport van de K. V. P. Hoewel wij als P. A. K.-fractie geen en
kele behoefte aan dat rapport hadden wil ik hier duidelijk stellen
dat dit rapport bij mij in de brievenbus is beland, 's Morgens vroeg