8 JUNI 1971 740 maken. Dat zou namelijk een soortgelijke handeling zijn als het weglopen en ik heb daar bezwaar tegen. De heer VAN DER WERFF: Ik voel weinig voor de door de heer Crul in de discussie naar voren gebrachte elementen. Van zijn ver dachtmakingen in het wilde weg, als zouden onzerzijds particuliere belangen en relaties verstrengeld een ról spelen woorden van die strekking heeft hij gebezigd -- hebben wij als liberalen goede nota genomen. Wij tarten hem juridisch verantwoorde en houdbare be wijzen op dit moment te leveren. De heer Crul's historische interpretaties zijn even zwak als de steun door hem en de zijnen aan de democratie en de democratische besluitvorming geboden. Hun opzet van een nuchtere, zakelijke en feitelijke benadering tot emotionaliteit te geraken achten de libera len verwerpelijk. Emotionaliteit is een slechte raadgever, zelfs voor gemeenteraadsleden. Ook een dictatuur door de minderheid achten de liberalen een dictatoriaal regiem. De heer JANSEN: In de al eerder ingediende motie-Crul is al naar voren gekomen wat de heer Crul vanavond gezegd heeft. Hij insinueert met betrekking tot de integriteit van de raadsleden die zijn blijven zitten. Ik trek mij dat persoonlijk aan. Ik ben het eens met het ordevoorstel en zal dat steunen. Ik hoop dat er de veranderingen in aangebracht worden die de heer Froger genoemd heeft. Ik wil hieraan toevoegen dat de heer Crul, als er gesproken wordt over nazi-methodes, die navolgt, want hij is bezig met het hersenspoelen en geestelijk kapot maken van bepaalde personen. Mevrouw WILLEMS-VAN DOORN: Ik wil de heer Jansen zeggen dat hij niet goed geluisterd heeft, want wij hadden het zoéven niet over nazi-methoden. De heer KROON: Ik ben medeondertekenaar van het ordevoorstel en ik sta er, ondanks de felle aantijgingen van de zijde van de "twaalf", nog volkomen achter. Ik heb dergelijke felle aantijgingen nimmer in deze raadszaal gehoord. Er wordt verweten hypocriet te zijn en persoonlijke belangen op het oog te hebben. Ik heb die nooit gehad en heb ze nog niet. De wijze waarop op het ogenblik met de democratie wordt omgesprongen acht ik funest. De vorige maal heb ik gezegd dat de Bouvigne- affaire het bestuur van deze stad behoor lijk belemmert. Diverse aantijgingen -- dit heb ik de vorige keer ook genoemd -- zijn daar de oorzaak van. Ik geloof dat het ordevoorstel dat hier ligt duidelijk de gelegen heid opent over deze zaak te spreken. Op de besluiten die geno men zijn omtrent de punten 4, 5 en 6 kan men niet terugkomen. Deze punten zijn volledig, behoorlijk en rustig behandeld. De twaalf weglopers hebben de kans gehad het hunne in te brengen, maar dat hebben zij niet gedaan. De heer SE VERENS: Daar heb ik ook geen behoefte aan! De heer KROON: Prachtig, dat is heel mooi. Nu worden er persoonlijke zaken ingebracht. Ik geloof dat het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 740