743 8 JUNI 1971 SCHORSING. De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. Ik stel vast dat de tweede termijn die betrekking had op het ordevoorstel van de heer van Loon verstreken is. Ik neem aan dat beslist kan worden over dit ordevoorstel. Ik teken daarbij aan dat naar de mening van de ondertekenaars van het voorstel de passage die handelt over artikel 46, namelijk: "Artikel 46 van de gemeente wet kan onzes inziens niet de bedoeling hebben de mogelijkheid te scheppen het bestuur van een gemeente praktisch vrijwel onmogelijk te maken", kan komen te vervallen. Hierna wordt het ordevoorstel van de heer van Loon c. s. in stem ming gebracht en met 23 tegen 12 stemmen aangenomen. VOOR stemmen: mevrouw Stockmann-van der Kallen, de heren van Caulil en von Schmid, mevrouw jager-Middelbeek, de heren Broeders, de Raaff, Kroon, Koertshuis, Melzer en Roozeboom, mevrouw van Rooij-van den Heuvel en de heren van Graafeiland, Quadekker, van Dun, van der Werff, Spanjer, Kramer, van Duijl, van Merkom, Froger, Jansen, Geene en van Loon. TEGEN stemmen: mevrouw Willems-van Doorn, de heren van Os, Crul, van Banning en van Overveldt, mevrouw van Nes-Brands, de heren Brooimans, Gielen en Mensen, mejuffrouw Paulussen en de heren Severens en America. De VOORZITTER: Dit betekent dat het verzoek dat ingevolge artikel 46 van de gemeentewet door twaalf leden is ingediend, ten einde een extra raadsvergadering te houden over de kwestie-Bouvigne, van de agenda is afgevoerd. De heer CRUL: Ik moet meedoen, maar het is wel een rare zaak. De heer FROGER: Dat is wel eens goed, hoor! De heer CRUL; Ik wil nu een verzoek indienen conform artikel 17. Waarschijnlijk moet dat door u voorgelezen worden. De VOORZITTER: Artikel 17 gaat over het voorstel, vreemd aan de orde van de dag. Gewoonlijk moet dat tweemaal 24 uur van tevoren worden ingediend, maar de raad kan ook zeggen dat hij de behandeling van een voorstel, vreemd aan de orde van de dag, urgent vindt. De voorzitter zou zulks eigenlijk schriftelijk moeten aanzeggen. Het voorstel luidt als volgt; "Conform artikel 17 van het reglement van orde verzoeken ondergetekenden behan deling van de Bouvigne-Wolfslaar-affaire in al haar facetten en de positie van de heer van Dun ter discussie te mogen stellen. Als de raad deze zaak urgent acht kan hij deze zaak ingevolge artikel 17 in behandeling nemen. De heer VAN DER WERFF: De formulering is niet acceptabel voor mijn fractie!

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 743