840
24 JUNI 1971
"Voorts merken wij op dat c. het woningbedrijf zou hebben moeten
ontvangen een bedrag van 180, 800, -- wegens funderingsreductie voor
het complex 452 woningen. Dit bedrag is ten onrechte uitgekeerd aan
de N.V. Zeebregts".
Omtrent de terzake door het college gevolgde gedragslijn mogen
wij de raad het navolgende meedelen.
In 1963 is, gevolg gevend aan het regeringsbeleid - in het bijzon
der van de toenmalige minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid
Bogaers -, ook in deze gemeente begonnen met de bouw van woningen
in systeem- c.q. arbeidsbesparende bouw, waartoe de geëigende wegwas
het op gang brengen van continu-bouwstromen.
De ontwikkeling van de uitbreidingsplannen in de Hoge Vucht was
toen aan de orde. Voor de in deze wijk te bouwen 1820 woningen in di
verse sectoren, zowel in hoog- als in laagbouw, zijn toen vier grote
bouwbedrijven uitgenodigd plannen met prijsaanbiedingen in te dienen.
Na zorgvuldig wikken en wegen van deze plannen, zowel qua woningtype
als qua kwaliteit, inhoud en bouwprijzen, is geopteerd voor het totale
plan van Zeebregts, welk bedrijf in dit kader startte met o.a, het plan
728 eengezins-woningwetwoningen in het gebied Biesdonk. Om de met
dit complex en met de complexen vrije sector-woningen voor verkoop
en premiewoningen voor beleggers ter plaatse gevormde produktiestro-
men op gang te houden, is zo snel mogelijk uitgezien naar aansluiten
de vervolgplannen. Voor de aansluiten op de reeds genoemde 728 wonin
gen werd dit een plan voor 478 eengezinswoningen in het gebied Wisse
laar.
Wij menen dit te moeten releveren om daarmee te verklaren
waarom juist dit bedrijf voor volgende plannen in aanmerking bleef ko
men. De gemeenteraad is zowel in dit als in volgende te noemen gevallen
akkoord gegaan met onderhandse aanbesteding en gunning aan meergenoemd
bouwbedrijf.
Bij de behandeling van de aanvrage om rijkssteun voor de 478 woningen
in 1965 bleek de aanneemsom ca. 750.900,zijnde 1.500,-- per
woning, boven de maximaal toegestane curve- of toetsingsprijs te liggen.
Om te voorkomen dat hierdoor stagnatie in de woningproduktie zou ont
staan, moést dit verschil worden opgelost, hetgeen uiteraard een kwestie
was van moeizaam overleg tussen gemeente en bouwer. Vanzelfsprekend
moest hierbij wederzijds iets worden prijsgegeven, bijvoorbeeld door
een wat soberder uitvoeringswijze en door reductie van de aannemerswinst.
Om tot volledige overeenstemming te komen in dit geval moest echter
nog een bedrag in de orde van grootte van f 400, -- per woning worden
overbrugd. Besloten werd dit te doen door boven de aanneemsom een
bedrag van 400, -- per woning te suppleren in de vorm van de eigen
lijk aan de afnemer van het bouwterrein, zijnde het woningbedrijf,
toekomende reductie op de grondprijs bij een funderingsdiepte van 5
tot 8 meter. Eerder, met name in november 1964, waren reeds gegund
de complexen 190 woningen in Wisselaar aan het Bouwbedrijf Van Eij-
kelenburg en 192 woningen in IJpelaar aan de Bouwmaatschappij "Bre
da" N.V. Bij deze bouwplannen waren de te overbruggen verschillen
tussen aanneemsom en toetsingsprijs van geringere omvang, zodat deze
konden worden weggewerkt en geen beroep behoefde te worden gedaan
op de funderingsreductie.
Naderhand is dezelfde reductie evenwel, min of meer naar ana
logie van het boven weergegeven geval, uitgekeerd terzake van:
a. het complex 266 woningen Geeren-Noord (Zeebregts);
b. het complex 72 woningen IJpelaar (Bouwmij. "Breda" N. V.);
c. het complex 452 woningen Heusdenhout (Zeebregts).