843
24 JUNI 1971
raad ook bekend uit de verificatierapporten die ter inzage hebben ge
legen - in voorgaande jaren het verificatiebureau in dezelfde situatie
deze opmerking niet heeft gemaakt.
Wanneer de heer America vraagt waarom het rapport van het
verificatiebureau zo laat aan de raad is voorgelegd, kan ik hem ant
woorden dat het gebruikelijk is dat het rapport altijd eerst ter inzage
wordt gezonden aan degene wiens bedrijf wordt onderzocht, zodat hij
ook gelegenheid heeft daarop antwoord te geven. Wij hebben mijns
inziens in de afdeling financiën de laatste jaren echt wel bereikt dat
de rapporten zo snel mogelijk worden toegezonden. Eigenlijk hebben
wij de jaarrekening 1969 nog te laat, want het is de raad békend dat
wij de jaarrekening 1970 in feite nog dit jaar zouden willen behande
len. Er was een beduidende achterstand in de behandeling van de jaar
rapporten, maar daarin is in de laatste jaren een aanzienlijke verbete
ring gekomen, zodat wij nu het jaarrapport 1969 kunnen behandelen
en tevens in deze vergadering al het voorlopig resultaat over 1970 kun
nen aanbieden. Ten aanzien van de jaarrekening, over de voorlopige
vaststelling waarvan de raad besluit, is het echter altijd gebruikelijk
geweest dat dit in één aanbieding gebeurt.
Wethouder VAN DUN: Ik meen dat er voor mij nog drie punten
ter beantwoording zijn overgebleven. Dat is in de eerste plaats de
vraag van de heer Froger, namelijk hoe het kan dat er, terwijl er vier
grote bouwbedrijven opteren naar het project in de Hoge Vucht, zoals
in het stuk staat,.' plotseling andere namen opduiken. De heer Froger moet
dit niet verwairren met een heel ander plan, namelijk het plan van het
bouwbedrijf van Eijkelenburg voor 192 woningen in IJpelaar van novem
ber 1964.
De heer FROGER: Er is bij mij geen sprake van verwarring.'
Wethouder VAN DUN: Dank u wel.
Voorts heeft de heer Van Caulil gevraagd of deze zaak ook aan
de orde kan worden gesteld in de afdeling voor openbare werken. Dat
is mijns inziens een terechte vraag. Op de tweede vraag van de heer
Van Merkom tenslotte, of er op dit moment in Breda nog funderingsre
ducties worden verleend, kan ik antwoorden dat dit niet gebeurt, omdat
de gemeente ook niet meer bouwt.
De heer SEVERENS: Kunt u mij zeggen van wie de uitspraak af
komstig is dat ook andere gemeenten deze methodiek hanteren?
De VOORZITTER: Die is voor rekening van de pers. U hebt in
de Tijd kunnen lezen dat de loco-burgemeester in zijn verklaring waarin
hij toegeeft dat er verschrijvingen hebben plaatsgevonden, tevens stelt
dat dit in andere gemeenten ook gebeurt. Ik laat deze opmerking volle
dig voor rekening van de redacteur van De Tijd, die ik niet heb gespro
ken, ook niet telefonisch. Wel is gesteld dat alle gemeenten moeite
hebben met het halen van de curveprijs, maar het is verre van mij om
andere gemeenten verschrijvingen te verwijten. Evenmin heb ik op dat
moment toegegeven dat er sprake zou zijn van verschrijvingen; ik meen
dat dit pas aan de orde kan komen nadat het onderzoek volledig is afge
rond. Ik kan u zeggen dat ik dit een voorbeeld vind van onzorgvuldige
journalistiek, waarmee de vraag van de heer Severens naar ik meen
volledig door mij is beantwoord.