855
24 JUNI 1971
er moeilijkheden ontstaan, rond de tafel te gaan zitten om te komen
tot nieuwe regels teneinde herhaling van die moeilijkheden te voorko
men?
Er is gezegd dat de Grontmij niet aan haar verplichtingen heeft
voldaan, maar hebben wij die moeilijkheden in feite niet zelf veroor
zaakt door veel meer huisvuil aan te bieden dan was afgesproken? Men
spreekt hier nu wel van een minimum en dat zal ook wel in het stuk
staan, ik kan dat zo niet zeggen, maar
De heer CRUL: Ja, maar mijnheer Van Caulil, in het contract
staat "ten minste 40.000 m3". Dat kunt u toch niet anders lezen?
De heer VAN CAULIL: Dat neem ik graag van u aan, maar ik
wil er nog iets meer over zeggen als u mij daar de gelegenheid toe
wilt geven.
Is het collece ervan overtuigd dat dit een bewezen feit is? Als
ik goed ben geïnformeerd üs er - u neemt dat niet alleen aan, u bent
daar zelfs van overtuigd - belangrijk meer, zelfs 50 °]o meer, huisvuil
aangevoerd dan die 40. 000 m3. Is het dan niet juist er eens over te
denken hoe wij dit moeten oplossen? Verder ben ik het volledig eens
met degenen die zeggen dat wij, als het dan nog niet helemaal juist
zou zijn, om alle moeilijkheden te voorkomen beter kunnen komen
tot een bijdrage per inwoner.
De heer VAN MERKOM: Het is mijns inziens een wijs besluit als
men, wanneer er een contract is gesloten en de omstandigheden blij
ken zich te wijzigen, samen komt tot een nieuwe vorm voor dat con
tract. Ik heb de indruk dat de moeilijkheden ten aanzien van de vuil
verwerking inderdaad steunen op ervaringen die misschien niet zoveel
met contracten te maken hebben.
De heer KRAMER: Het schijnt dat men, wanneer men vragen stelt
over de vuilverwerking, al gauw in de vernieling kan gaan. Ik heb in
eerste instantie namelijk maar één vraag gesteld en ik vermoed dat de
wethouder dat te weinig heeft gevonden en dat hij die niet heeft kun
nen terugvinden. Ik heb namelijk een vraag gesteld over het gestelde
in het midden op pagina 1, waar staat: "Door middel van een vergunningen
stelsel zal regelend kunnen worden opgetreden, waardoor geleidelijk aan
een einde zal kunnen worden gemaakt aan de thans heersende onbevredi
gende situatie, enz." Hoe lang duurt dat "geleidelijk"? Het is mij toch
wel iets waard dit te weten, want ik heb, zoals de heer Crul heeft aan
gehaald, inderdaad een ommezwaai gemaakt sinds het vorige jaar. Ik
sluit mij echter aan bij de woorden van de heer Van Merkom, die heeft
gezegd dat het op een gegeven moment wijs is dit te doen. Men heeft
verstandig om de tafel gezeten en het was ons wat waard dat hier een
goede oplossing kwam. Die goede oplossing is er gekomen en vandaar
die ommezwaai, maar dan is het mij ook iets waard te weten hoe lang
dat ongeveer zal duren en daarop heb ik geen antwoord gekregen.
De heer VAN DUIJL: Misschien kan ik, door datgene wat op pa
gina 3 staat onder ad 1 iets anders te lezen, enige duidelijkheid tot
stand brengen, want er is blijkbaar sprake van een misverstand. Er staat
namelijk: "In het contract met de N.V. Grontmij is overeengekomen
dat per jaar tenminste een ruimte van 40. 000 m3 beschikbaar komt".
Er staat dus niet dat Breda tenminste 40.000 m3 zal storten, nee, de