871 24 JUNI 1971 Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 33. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VAST' STELLEN VAN BEGROTINGSWIJZIGINGEN. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 34. BESLUITEN VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AAN GAAN EN GARANDEREN VAN GELDLENINGEN. Van de agenda afgevoerd zijnde maakt dit punt geen onderwerp van beraadslaging uit. 35. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AF KOPPELEN VAN 62 WONINGEN IN DE WIJK IJPELAAR VAN DE CENTRALE WIJKVERWARMING. De heer VAN OS: Ik wil u niet in het ongewisse laten over onze steun aan dit voorstel, wij staan daar van harte achter. Ik moet daar wel een aantal opmerkingen bij maken en wel in de eerste plaats deze dat de voorstelling van zaken, zoals die door het vorige college is ge geven ten aanzien van de centrale wijkverwarming, dat door het vote ren van een bedrag van ruim 100. 000, - de zaak min of meer gezond zou kunnen worden gemaakt hiermee duidelijk is gelogenstrafd. Het is duidelijk dat, ook al zouden alle voorzieningen worden getroffen die voor dit bedrag mogelijk zijn, daarmee geen fantastische wijkverwar ming zou ontstaan. De achtergrond van dit voorstel is mijns inziens dan ook een gedeeltelijke erkenning van gebreken. Met name spitsen die zich toe op de toestand van de terreinlei dingen. Als ik mij niet vergis hebben wij nog een rapport van het KIWA tegoed over deze terreinleidingen. Deze verkeren op vele plaat sen in zeer slechte staat. De isolatie van organische stof is op verschei dene plaatsen verrot, waardoor aanzienlijke warmteverliezen ontstaan en het zal in de toekomst dan ook nog heel wat geld kosten om de ter reinleidingen in goede staat te brengen, c. q. geheel te vervangen. Tevens vraag ik mij af of de overige deelnemers aan de wijkver warming door het afkoppelen van deze 62 woningen niet in het nadeel komen te verkeren, want het is duidelijk dat men daar toch met aller lei gebreken blijft zitten, waarvan de eigenaren van deze 62 woningen geen last meer zullen hebben. Een andere vraag die ik heb is wie eigen lijk de kosten moet betalen van de warmteverliezen die ontstaan door de slechte toestand van de terreinleidingen. Ik moet zeggen dat er ten aanzien van de vrije sectorwoningen die zijn aangesloten op de wijkverwarming ook vreemde zaken aan de hand zijn. Men betaalt daar bijvoorbeeld 100, -- meer vastrecht, omdat er zogenaamd een groter verwarmend oppervlak in die woningen aanwezig is. Dat is bij nameting in diverse woningen gebleken niet juist te zijn, maar toch betaalt men 100, -- per jaar meer. Eerder heb ik al eens een vraag gesteld inzake de lawaaiklach- ten over de ketelhuizen. Het is mij bekend dat daar een onderzoek naar is ingesteld, maar ik vraag mij af of er ook al curatieve maatre gelen zijn genomen. De allerbelangrijkste vraag naar aanleiding van de centrale wijk-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 871