12 AUGUSTUS 1971 930 Wethouder VAN DUN: De raad zal zelf op vrij korte termijn het statuut voor de stedebouwkundige adviesraad dienen samen te stellen en aan de hand van het preadvies moeten uitmaken wie de representanten zijn die in de stedebouwkundige adviesraad moeten plaatsnemen. Ik vind het wat prematuur daarop op dit moment vooruit te lopen. 11. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT WIJZIGING VAN DE ALGEMENE J3EZOLDIGINGS VERORDENING (GEMEENTE BLAD VAN BREDA NUMMER 1332, RUBRIEK 11-71). 12. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET NEMEN VAN EEN VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR LINIESTRAAT E. O. Zonder beraadslaging en hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig deze voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. 13. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET GA RANDEREN VAN RENTE EN AFLOSSING VAN HYPOTHECAIRE LENINGEN OP BASIS VAN DE WET BEZITVORMINGSFONDS. De heer CRUL: De discussie over bezitsvorming is, ook landelijk gezien, de laatste tijd wat afgezwakt. Daarvoor zijn tal van redenen aan te voeren, maar die gaan ons als stedelijke bestuurderen in feite niet erg aan. De laatste tijd is er in dit verband een nieuw mode woord ontstaan, dat, naar ik meen, het eerst door DS'70 is gebruikt: profijtbeginsel. Misschien is dat profijtbeginsel er mede oorzaak van dat er over bezitsvorming de laatste tijd minder gesproken wordt. Dit voorstel kan eigenlijk alleen worden bezien in het licht van die bezitsvorming. Onze groepering heeft er ten aanzien van de woning bouw nogal wat bedenkingen tegen, maar ik geloof niet dat die hier aan de orde moeten komen. Het garanderen van rente en aflossing van leningen ten behoeve van de aankoop van woningen kan echter toch wel te maken hebben met het oplossen van de woningnood. Enkele maanden geleden heeft het college van burgemeester en wet houders ons via een mededeling doen weten dat de woningwetwoningen niet meer verkocht zouden worden. Het aannemen van dit voorstel acht onze fractie in feite in strijd met het beleid, dat gebaseerd was op het niet verkopen van woningwetwoningen. De woningmarkt in Breda is, zeker voor de minst draagkrachtigen, niet zo best. Tegen de regeling op zichzelf hebben wij niet veel bezwaren, maar als zij een slechte invloed zou kunnen uitoefenen op de oplossing van de woningnood hebben wij er wel moeite mee. De mogelijkheid om die woningen aan te kopen komt in het voorstel niet goed over. Worden de rente en aflossing gegarandeerd voor de "oude" woningen die men zelf bewoont, of kan men ook woningen die door anderen bewoond worden via deze regeling aankopen? Als het laatste het ge val is, krijgen wij te maken met de misère van uitzettingen, die voor al wat deze soort woningen betreft nogal wat moeilijkheden zullen op leveren. De heer VAN CAULIL: In antwoord op de opmerkingen van de heer Crul wil ik opmerken

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 930