931 12 AUGUSTUS 1971 De VOORZITTER: Het college zal die opmerkingen beantwoorden, mijnheer van Caulil, De heer VAN CAULIL: Ik wil er toch iets van zeggen, omdat ik niet het risico wil lopen dat ik er in tweede instantie niet meer op terug kan komen. Het college van burgemeester en wethouders heeft tweemaal een voorstel verstrekt betreffende het aan de orde zijnde punt. De eerste keer zijn wij er niet mee akkoord gegaan, omdat wij wel degelijk voorstanders waren van de bezitsvorming. De tweede keer zijn wij er wel mee akkoord gegaan -- voor een jaar omdat wij u in de gelegenheid wilden stellen in noodgevallen bepaalde maat regelen te kunnen treffen. Wanneer dat jaar voorbij is, wil de K. V. P. - fractie de kwestie gaarne opnieuw bekijken. Wij zijn nl. van oordeel dat de bezitsvorming gestimuleerd behoort te worden. De heer VAN OS: Punt 2 van de regeling betreft een garantie regeling voor de woningwetwoning. De gemeenteraad voelt er momen teel niet erg veel voor woningwetwoningen te verkopen. Ik verzoek het college de grens van het inkomen -- bepaald op 18.000,-- per jaar -- erg krap te houden. Het is nl. niet de bedoeling van deze regeling de mensen die een tamelijk hoog inkomen genieten in de gelegenheid te stellen op een goedkope wijze een woningwet woning te kopen. Wethouder BROEDERS: In de gemeente Breda bestaan verschillende regelingen die liggen op het vlak van garantieverlening. De garantie verlening op de nieuwbouwwoningen is bij' wijze van spreken onbeperkt. Er is ook een regeling van kracht betreffende de koop van woningwet woningen. Om redenen van het belang van de volkshuisvesting is die regeling een jaar opgeschort. Ten aanzien van het woningwetbezit van de gemeente is dit dus niet van toepassing. Er kunnen geen woningwetwoningen verkocht worden, behoudens in die gevallen waar in de aanvrage tot de koop vóór de betreffende datum was ingediend. In zoverre werkt ook deze regeling nog verder door. Er is nog een derde regeling, die de mogelijkheid biedt voor de aankoop van bestaande woningen. Die regeling hebben wij ongeveer een half jaar geleden gelhtroduceerd, Of zo'n woning door de koper zelf bewoond wordt of niet, is niét als beperkende bepaling opgenomen. Ik kan mij indenken dat men zo'n vraag stelt, omdat bij het verkopen van woningwetwoningen de bewoner zelf altijd voor de koop in aan merking is gekomen. In déze regeling is deze beperkende bepaling niet opgenomen. Men kan van het rijk een renteloos voorschot krijgen als men beneden een bepaald inkomen zit; als ik het goed heb, luidt de bepaling dat men niet wordt aangeslagen voor de inkomstenbelas ting. Dan geldt deze garantielening ook van onze kant voor deze woningen. De heer CRUL: Ik vind het altijd prettig dat raadsleden elkaar beantwoorden. Ik wist overigens wel dat de K. V. P.-fractie de rege ling slechts voor één jaar wilde aanvaarden. Het antwoord van wethouder Broeders heb ik niet begrepen. Volgens de wethouder kan men nu een oud huis van een ander kopen en daar voor de normale uitzettingsprocedure hanteren. Wethouder BROEDERS: Die mogelijkheid is aanwezig, ja.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 931