937
12 AUGUSTUS 1971
beschouwen. Dat blijkt uit het rapport van het N. E. I. en het rap
port Samenwerkingsverband geeft ook een tweede fase aan met uit
groei tot één gewest West-Brabant. Wel verschillen de meningen over
de wijze waarop en de tijd waarin dit zal moeten gebeuren. In uw
preadvies geeft u aan dat u de bestaande regio-regelingen zoudt
willen verzwaren en dan het gewest willen laten uitgroeien via de
drie regio's. Daarin verschillen wij met u van mening. Wij zien
de regio slechts als een platform om te komen tot een gesprek met
de andere bewoners van West-Brabant. Wij menen dat de regio's
apart te beperkt van opzet zijn om op korte termijn de problemen
op te lossen op het gebied van ruimtelijke ordening, industrialisatie
en verkeer die zich nu al aandienen. Daartoe heeft men één be
stuurlijke organisatie voor het hele gebied nodig, dat tussen de grote
industriegebieden Rotterdam en Antwerpen ligt. Deze bestuurlijke or
ganisatie zien wij niet bestaan uit een federatie van regio's met
een getrapte volksvertegenwoordiging, maar uit een rechtstreeks
gekozen bestuurslichaam. Uw bezwaren hiertegen maakt u kenbaar
in een nota van het regio-overleg-Breda van 4 juni, waarin u stelt
dat de psychologische bereidheid om zich Westbrabants op te stellen
nog gering is. Dat moge zo zijn, maar dan is het noodzakelijk die
mentaliteit op korte termijn om te buigen, omdat West-Brabant
nauwelijks meer een andere keuze heeft dan zich te versterken,
öf door de omliggende industriegebieden te worden opgeslokt. In
uw nota stelt u ook in punt 4; "Op het vlak van de regio's moet
men denken aan gemeenschappelijke regelingen terzake van allerlei
concrete punten. Daarbij dient te worden opgemerkt dat voor dit
soort regelingen de regio niet noodzakelijk het enig ruimtelijke
kader behoeft te zijn.Hiermee zijn wij het eens; er zijn vele
voorzieningen die steeds weer een ander verband en een ander
draagvlak vragen en die men per functie kan laten variëren via
gemeenschappelijke regelingen. Kortom, wij zien de regio uit
sluitend als overlegorgaan om te komen tot de juiste gemeen
schappelijke regelingen voor een goed functioneren van noodzakelijke
voorzieningen en om te komen tot het gezamenlijk ontwerpen van
een groter gewest, waar de supra-regionale taken thuishoren. Met
dit laatste moet dan wel spoed worden betracht. Ten eerste omdat
voorkomen moet worden dat de regio's Bergen op Zoom en Roosen
daal te nauw zullen gaan samenwerken en het overige deel in de kou
zal komen te staan. Ten tweede omdat Etten-Leur en Oosterhout niet
gemist kunnen worden in het overleg. Besprekingen met die gemeen
ten, zoals voorgesteld, achten wij aan ook van groot belang.
Resumerend zijn wij van mening dat een verzwaring van de
doelstellingen van de regio ons niet wenselijk voorkomt, evenmin
als een verzelfstandiging van de regio. Vanuit de regio Breda moet
voorts stimulerend worden gewerkt om te komen tot een gewest
West-Brabant op zo kort mogelijke termijn. Wij achten net aanvaard
baar het overleg om tot dat gewest te komen te laten lopen via de
ingestelde regio's, mits de niet binnen de regio's vallende gemeen
ten ook tot dat overleg worden uitgenodigd.
Tot slot willen wij in het kort even ingaan op de reeds geme
moreerde decentralisatie en schaalverkleining. Als wij streven naar
schaalvergroting, wordt dat ingegeven door problemen van technische
en organisatorische aard. De sociologische aspecten spelen de be
langrijkste rol bij het streven naar schaalverkleining. De gemeente
behoort tot de oudste vorm van bestuurlijke organisatie, omdat de