1029 11 OKTOBER 1972 ANTWOORD. Na het hoog" rijden van de tremen wordt zo snel mogelijk be gonnen met de afbouw van de onderdoorgangen in de Belcrumweg en de Markkade. Verwacht mag worden, dat deze onderdoorgangen rond de jaarwisseling 1973-1974 voor het verkeer kunnen worden opengesteld. Het weer openen van de van Rijckevorselstraat door het opnieuw maken van een aansluiting aan de Crogtdijk, komt ons college verkeerstechnisch onverantwoord voor. De afstand tot de aansluiting op de Konijnenberg is overigens zo gering, dat bij deze maatregel nauwelijks van enige tijdwinst sprake is, VRAAG, (gesteld in de raadsvergadering dd. 17 augustus 1972) De heer GOOS: de tuinderij aan de Emerweg nr. 75 ondervindt vaak grote hinder van wateroverlast, iets dat in Breda wel meer ge beurt. Voor de situatie aan de Emerweg zal een oplossing gevonden moeten worden. Al geruime tijd is het treffen van een afdoende regeling tussen de gemeente en de Nederlandse Spoorwegen inzake de waterafvoer aan de Emerweg niet mogelijk gebleken, met het gevolg dat een deel van de tuinderij die ik zoeven noemde langere tijd onder water is komen te staan. Ik wil er bij het college op aandringen deze zaak te onderzoeken, opdat deze narigheden spoedig tot het verleden zullen behoren. ANTWOORD. De wateroverlast bij het perceel Emerweg 75 is ons volledig bekend. Bij de uitvoering van het plan Breda-Hoog is de oude spoorsloot plaatselijk gedicht. Door de dienst van openbare werken zijn al ge ruime tijd geleden aan de betrokkene diverse voorstellen gedaan tot opheffing van de onderhavige moeilijkheden. Hij wenste deze eerst met zijn raadsman te bespreken en zou daarna weer contact opnemen met voornoemde dienst. Tot op heden is dit echter niet gebeurd. De dienst openbare werken zal pogingen in het werk stellen om tot een hernieuwd gesprek te komen. 4. Bijlage nr, 316 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AANGAAN VAN OVEREENKOMSTEN BETREFFENDE HET VER VREEMDEN VAN ONROEREND GOED N. B. PUNT 3 VAN DE BIJLAGE WORDT AANGEHOUDEN. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 5. Bijlage nr. 317 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AANGAAN VAN OVEREENKOMSTEN BETREFFENDE HET VER WERVEN VAN ONROEREND GOED. N. B. PUNT 2 VAN DE BIJLAGE WORDT AANGEHOUDEN. De heer SANDBERG: Ik heb de informatie gekregen dat punt 2 van de bijlage (C. S. M.is aangehouden mede in verband met de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1029