107
17 FEBRUARI 1972
WIJS VERBONDEN AAN "DE KLOKKENBERG" TE BREDA OM ME
DEWERKING INGEVOLGE ARTIKEL 84 DER LAGER-ONDERWIJSWET
1920.
14. PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OP DIVERSE
VERZOEKEN VAN SCHOOLBESTUREN OM MEDEWERKING OP
GROND VAN HET BEPAALDE IN ARTIKEL 72 DER LAGER-ONDER
WIJSWET 1920.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
achtereenvolgens overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en
wethouders besloten.
15. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE DE
OVERDRACHT VAN WONINGWETWONINGEN AAN PARTICULIEREN.
De heer VAN CAULIL: Het lijkt mij niet nodig alles wat er in
de loop der tijd al over deze overdracht is gezegd nu nog eens te her
halen. Ik wil het college dan ook alleen vragen om dit in plaats van
voor onbepaalde tijd weer voor een jaar te doen. De reden die ik daar
voor heb komt dan echter misschien niet duidelijk over en daarom zal
ik er toch iets over moeten vertellen.
Er bestaat namelijk een landelijke regeling die het bewoners van
woningwetwoningen mogelijk maakt de woning waarin zij wonen in
eigendom te verwerven. De voorwaarden daarvoor zijn vrij gunstig, al
zijn zij de laatste tijd ook iets ongunstiger geworden. In ieder geval
komt daarin duidelijk de subsidie tot uiting. Verder zijn er bepalingen
aan verbonden, bijvoorbeeld met betrekking tot het maximum inkomen
en de eis dat men de woning niet binnen tien jaar mag verkopen, maar
desondanks is het voor de bewoners aantrekkelijk deze huizen te kopen.
Nu zijn er omstandigheden in deze gemeente die het noodzakelijk
maken dit voor onbepaalde tijd op te schorten. Wanneer ik namens mijn
fractie dan ook vraag dit weer voor een jaar te doen, bedoelen wij daar
mee dat het telkens opnieuw kan worden bekeken. Wij achten het na
melijk noodzakelijk dat de inwoners van Breda evengoed gebruik kun
nen maken van deze regeling als inwoners van andere gemeenten. Het
gaat hier namelijk om een landelijke regeling en wij zouden het on
juist vinden als onze inwoners onnodig langer niet van deze regeling
gebruik kunnen maken.
De heer KROON: In de afdeling voor openbare werken, waarin
dit voorstel is behandeld, heb ik eenzelfde standpunt ingenomen. Ook
de vorige keer hebben wij dit voor een jaar gedaan. Ik was daar toen geen
voorstander van, maar als wij deze zaak in verband met de woningnood
van jaar tot jaar opnieuw bekijken heb ik daar geen bezwaar tegen. Kort
heidshalve wil ik mij dan ook graag volledig aansluiten bij het voorstel
van de heer Van Caulil.
De heer SPANJER: Bij de behandeling van de begroting voor 1971
heb ik er, zoals men zich zal herinneren, voor gepleit dit besluit te
nemen. Toen het college daarop met het voorstel kwam luidde dat
ook voor onbepaalde tijd en ook toen is daar op verzoek van een deel
van de K. V. P. -fractie een jaar van gemaakt. Dit heeft natuurlijk niet
helemaal onze instemming, maar toch hebben wij daar geen overwe
gende bezwaren tegen en daarom kunnen wij ons verenigen met het