16 NOVEMBER 1972 1172 woningen kent, Wij nemen altijd ad hoe beslissingen; wij staan altijd, zoals wij zeggen, met de rug tegen de muur. Wij missen vaak de moed, omdat wij voor die moed een hoge prijs moeten betalen, om een pas op de plaats te maken om ons te realiseren waar wij nu eigenlijk mee be zig zijn. Ten aanzien van dit punt gaat het om de vraag of wij de woning nood op korte termijn dienen op te heffen door in een snel tempo het bouwen van woningen, waarmee wij geen van allen gelukkig zijn, te bevorderen, of om de vraag, wat wij aan het doen zijn, welke levensom standigheden wij aan het creëren zijn voor grote aantallen mensen in de nabije toekomst. Ik kies op dit moment voor de laatste vraag. De aard van mijn betoog doet u begrijpen dat ik de motie van de heer America volledig ondersteun. Ik doe een dringend beroep op de raad om dit eveneens te doen. De heer FROGER: De wens van de heer America en het betoog van mevrouw Willems zullen wij volledig onderschrijven. Ook wij zijn sterk voor een harmonische wijkopbouw. De heer VAN OS: Namens mijn fractie wil ik het klemmend betoog van de heer America volledig onderschrijven. Ook wij achten het de hoog' ste tijd dat datgene, dat nog verbeterd kan worden aan de Hoge Vucht, ook spoedig zal worden gedaan en dat een fundamentele discussie hier over zal worden gehouden. Wij ondersteunen de motie van de heer America, Wij zouden echter nog graag van de wethouder vernemen welke praktische, consequenties op korte termijn aan het aanvaarden van de motie verbonden zijn. De woningen, die volgens dit voorstel daar gebouwd zullen wor den, zijn waarschijnlijk, ondanks het feit dat zij woningwetwoningen zijn, toch veel te duur voor vele woningzoekenden. Deze bouw zal dan ook niet direct een oplossing voor de woningnood kunnen betekenen. Er is ook bijzonder weinig animo om naar de Hoge Vucht te verhuizen in het kader van de doorstroming. In dat opzicht is dus ook weinig soe laas te verwachten. Ook de mensen, die door saneringswerkzaamheden moeten verhuizen, hebben er eveneens weinig behoefte aan, zeker na het bekend worden van zoveel. De heer ROOZEBOOM; Waarop baseert de heer Van Os deze ver klaringen? Ik ben daarover anders geïnformeerd. De heer VAN OS: Op welk onderdeel doelt de heer Roozeboom? De heer ROOZEBOOM: De heer Van Os zegt dat de mensen uit de saneringswijken geen interesse in de Hoge Vucht zouden hebben en dat de doorstromingsregeling in dat opzicht niet zou werken. De heer VAN OS: De mensen zeggen dat zelf en dat zal de heer Roozeboom moeten accepteren. De heer ROOZEBOOM: Ik heb een andere ervaring en ik meen dat ik er iets meer kijk op heb. Mevrouw VAN NES-BRANDS: Het spijt mij dat ik de heer Rooze boom nooit in een sanerings- of renovatiewijk heb ontmoet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1172