1201
21 NOVEMBER 1972
Overigens zijn wij van mening dat de koffiekamer van de
stadsschouwburg een zeer verzorgde en gastvrije indruk maakt
en alle Bredanaars uitnood': tot een bezoek
De heer KROON: Ik wil beginnen met enkele opmerkingen
vooraf te maken en wel met betrekking tot de dit jaar gevolgde
methodiek voor de begrotingsbehandeling,, Tk ben nl„ van mening
dat wij hiermede op de goede weg zijn. Kom vorig jaar als proef
in de openbare vergaderingen van slechts enkele afdelingen worden
gesproken over van te voren ingediende vragen, thans konden in bijna
alle raadsafdelingen algemene beschouwingen worden gehouden over
de terreinen die door de afdelingen worden bestreken. Voorts kon
een zeer groot aantal vragen door de betrokken wethouder en zijn
assisterende ambtenaren direct worden beantwoord. Het is wel dui
delijk dat deze werkwijze de schriftelijke behandeling aanzienlijk
zou kunnen bekorten. Het voortgaan op deze weg zal mijns inziens
zeker de mogelijkheid openen de schriftelijke voorbehandeling nog
verder inte krimpen, althans wanneer alle raadsleden eraan mede
werken om een gi-oot aantal detail-vragen, die nu nog wel werden
gesteld, via hun afvaardiging in de desbetreffende afdeling te
brengen. Ik hoop en verwacht overigens dat ook de mondelinge
behandeling sterk zal worden beknot. Het komt mij althans vol
komen overbodig voor bij een behandeling in plenaire zitting nog eens
te herhalen war reeds in een openbare afdelingsvergadering werd
gezegd-en behandeld.
Het is te betreuren dat de opzet om het publiek mede door
middel van bovengenoemde methode van behandeling meer te
betrekken bij die onderdelen van de begroting waarvoor men
interesse heeft is mislukt. De belangstelling van de burgerij was
ondanks een duidelijke publicatie in de pers en in het gemeente
lijk informatieblad zeer miniem. Toch blijf ik van mening dat
ook met het oog op dit aspect op de ingeslagen weg moet wor
den voortgegaan. Mogelijk kan ook voor deze openbare afdelings
vergaderingen worden overwogen het publiek na afdoening van
de agenda de gelegenheid tot het stellen van vragen te geven.
Gaarne vernemen wij de mening van uw college ten aanzien van
de voor de roekomst te volgen gedragslijn.
Deze eerste opmerking brengt mij - vrij logisch - op de
kwestie van de democratisering van het bestuur. Ik meen te mogen
stellen dat in de nu voor de helft verstreken zittingsperiode van de
raad in dit opzicht een aanwijsbare vooruitgang is geboekt. Door de
zogenaamde democratiseringscommissie ad hoe werden bouwstenen
aangedragen, waarop de commissie algemene zaken met deskundige
ambtelijke bijstand thans voortwerkt.
Een van de belangrijkste resultaten is naar mijn mening een ver
nieuwd en aan de eisen des tijds aangepast reglement van orde,
dat binnenkort, aan de raad ter goedkeuring kan worden aange
boden. De omzetting van de raadsafdelingen in vaste commissies
van advies en bijstand ex art. 62.2 van de gemeentewet is daarom
van zo'n groot: belang, omdat hierdoor de raad van meet af aan
bij het te voeren beleid wordt betrokken»
Dp. op de meest democratische wijze gekozen vertegenwoordiger
van de burgerij, het raadslid, heeft nu de kans kennis te nemen
van alle mogelijkheden en alternatieve plannen die in het eerste
beginstadium worden ingebracht en kan 'aan de hand hiervan gevraagd