1215 21 NOVEMBER 1972 van een prijsvraag ten behoeve van een buurthuis in Princenhage, Hun diensten zijn tegen en dus wordt het idee afgevoerd, de wethouders Van Dun en Mans: Zij bespreken restauratie van panden aan de Veemarktstiaat met monumenten zorg en raadsafdeling; zij zijn dus vóór het behoud van die panden. Hoofden van dienst koesteren andere plannen - huizen tegen de grond. Het voeren van een financieel en sociaal beleid onttrekt zich veelal practisch aan eenvoudige waarne ming, In het collectief van het col lege neemt de portefeuille van fi nanciën een sleutelpositie in. Nergens treffen wij enige inbreng ten aanzien van een beleidsvisie aan. Elk. op het juiste moment genomen initiatief voor werkgelegenheidson- derzoek, waarom wij al zo vroeg verzochten, ontbreekt. Een en ander heeft meer weg van twee administrateurs, die het col lege laten voorthobbelen, wethouder Van Graafeiland: Een op onjuiste gronden gebaseerd zielig voorstel voor een koopavond; een ellendig voortslepen van een Turfschipbeleid; een nog steeds niet op rechtvaardige wijze opgelost wijk- verwarmings probleem. Collectief is het college verantwoordelijk voor: 1, Raadhuis affaire Princenhage 2, Afstoten Wolfslaar 3, Verkoop Bouvigne 4, Het zinkend Turfschip 5, Een falend binnenstadsbeleid In deze opsomming ontbreekt - de hemel zij geprezen - annexatie, omdat de raad met de grootst mogelijke meerderheid tegenstemde en de randgemeenten op die manier dit bestuursfenomeen bespaard bleef.' De vraag rijst: gitten wij in een chaos die tot vernieuwing leidt? De met veel tam-tam aangekondigde inspraakinitiarieven gaan, omdat er geen beleid is, op voorhand ten onder. Inspraak is op zichzelf zó moeilijk, maar indien men nergens inspraak in kan hebben is het woord inspraak een loze kreet. Uit het voorgaande moet wel duidelijk zijn geworden dat wij geen ver- de wethouders Broeders en De Raaff:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1215