1247 21 NOVEMBER 1972 beleid rer zake in Breda kan worden gevoerd. Tegen de achtergrond van de jongste ontwikkelingen behoeft het geen betoog dat wij zeer alert moeten zijn ten aanzien van de werkgelegenheidsontwikkeling in de industriële sector. De groei van de werkgelegenheid in de ge meente vraagt een voortdurende aanpassing van de economische struc tuur, In de periode 1950-1968 b. v„ werd in de provincie ongeveer één derde van het aantal industriële bedrijven opgeheven en vervan gen door een groter aantal nieuwe bedrijven. Dit noodzakelijke eco nomische saneringsproces speelt ook op gemeentelijk niveau een rol. Zelfs voor het gelijkblijven, maar zeker voor het toenemen van de werkgelegenheid is het nodig dat steeds weer nieuwe bedrijven zich hier vestigen. Onze werkgelegenheidssituatie maakt het dringend noodzake lijk dat het beleid gericht is op de vervanging van de in economisch opzicht zwakke en in werkgelegenheidsopzicht stagnerende bedrijfstakken door activiteiten die meer groeiperspectieven bieden, zowel in de indus triële sector als in de. dienstensector. In dit verband is het interessant om de parallel te trekken met de woningbouw. Wethouder Van Dun heeft zojuist gesproken over de gezinsverdunning en de noodzaak om uit dien hoofde huizen te bouwen. In de sfeer van de werkgelegenheid kan men spreken van werk gelegenheidsverdunning. Gemiddeld genomen zijn er steeds meer vierkante meters industrieterrein nodig om een bepaalde hoeveelheid werkgelegenheid te behouden of te scheppen. Daarvoor zijn drie redenen aan te geven: 1» Het teruglopen van bedrijven heeft bijna nooit tot gevolg dat terrei nen beschikbaar komen. 2. Ei wordt steeds meer geautomatiseerd en gemechaniseerd. 3. Mede ter wille van het werkklimaat wordt er op industrieterreinen steeds extensiever gebouwd. De noodzakelijke groei van de werkgelegenheid eist in relatie tot de ze redenen én een actief acquisitiebeleid én het aanwezig zijn van tegen betaalbare prijzen voor uitgifte beschikbare industiieterreinen. Het college heeft besloten, ter begeleiding van de zojuist geschetste problematiek, binnen de secretarie een bureau economische zaken op te nemen. Dit bureau is op 1 oktober j. 1. met zijn werkzaamheden begonnen. De actieve acquisitie voor industrievestiging wordt gevoerd door de B. R. I. M„het bureau economische zaken richt zich in dit verband op de dienstverlening en verzorgt de coördinatie van alle ac quisitie-activiteiten. De doeltreffendheid van de acquisitie kan op die manier worden bevorderd. Aan een informatieset met saillante gegevens over Breda wordt gewerkt. In het kader van de acquisitie kan nog worden gewezen op de potentiële mogelijkheden die kunnen ontstaan doo- de aansluiting van Engeland bi) de E.E. G,er kunnen nl. Engelse vestigingen op het vasteland van Europa worden verwacht. De mogelijkheden voor acquisitie in die richting worden onderzocht. Is het dan al mogelijk om met. betrekking tot de acquisitie als zodanig posi tieve geluiden te laten horen, over het 'beschikbare, industrieterrein en de te betalen prijs valt geen enkel optimistisch geluid te maken. In de jaren 1961 tot en met 1970 zijn gemiddeld 10 ha. industrieterrein per jaar verkocht» Willen wij de werkgelegenheid veilig stellen, dan zal het in de komende jaren noodzakelijk zijn, mede. gelet op de op gegeven redenen, om meer vierkante meters te verkopen. Wij hebben op dit moment nog één aaneengesloten terrein van ca. 10 ha.verder zijn er nog wat versnipperde stukken. Bovendien, is het terrein van ca. 10 ha. wat de ligging betreft weinig aantrekkelijk. Daarbtj komt nog dat de grondprijs zich kan meten met de hoogste grondprijzen in de provincie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1247