1323 23 NOVEMBER 1972 entegen wel over voldoende deskundigen op financieel gebied. Mevrouw PAULUSSEN: Tussen de heer Mensen en mij heeft zich een kleine kortsluiting geopenbaard. De problematiek rondom het sportpark Wisselaar is in de afdelingsvergadering van sociale zaken uitvoerig aan de orde geweest. Op dat ogenblik hebben wij de wet houder gevraagd op zo korte mogelijke termijn met de verschillende disciplines een bijeenkomst te beleggen. Wij vinden dat het maat schappelijk werk alléén hier niet veel kan uitrichten. Bovendien zijn wij van oordeel dat de problematiek niet alleen in de sector van jeugd en sport kan worden opgelost. De wethouder heeft dit de afdeling toegezegd. De heer GIELEN: De heer Kramer en wethouder Mans zullen het wellicht prettig vinden te vernemen dat er momenteel een uitge werkt plan met betrekking tot een kinder-verkeerstuin bestaat. Ik heb de tekening bij mij. De heer MANS: De heer Sandberg heb ik dezer dagen al enkele malen mogen toespreken; dit keer was hij de eerste spreker, vandaar dat hij nu weer het eerst aan bod komt. Hij heeft verwezen naar de artikelen in De Stem, waarin gesteld is dat de gemeentelijke sporthal te klein is en dat Breda nog recht heeft op meer sport hallen. Men zal begrijpen dat ik deze stelling volledig kan onder schrijven. Op zichzelf is dat geen nieuws; de heer Sandberg heeft er echter de vraag aan verbonden of wij niet eens zouden Runnen denken aan Pellikaanhallen. Ik heb de dienst opdracht gegeven een inventarisatie te maken van alle mogelijke hallen die denkbaar zijn. In het investeringsplan is de eerste sporthal gepland na 1973. Momen teel is het dus niet urgent. Wel houden wij bij' de dienst de vinger aan de pols. Ik onderschrijf de mening van de heer Sandberg dat wij hiet uit moeten zijn op de bouw van status-symbolen. De heer Sandberg heeft gevraagd of in het blad Indruk een over zicht opgenomen zou kunnen worden van de gemeentelijke gymnas tiekzalen, het gebruik ervan, de kosten, tarieven, enz. Ik zal hier over contact opnemen met het bureau Voorlichting. Het lijkt mij juist om in overleg met de dienst voor jeugd en sport eens zo'n overzicht te publiceren. Vervolgens heeft de heer Sandberg erop gewezen dat het sportveld in Tuinzicht een kleedaccommodatie ontbeert. Ik geloof dat er enige begripsverwarring bestaat tussen de heer Sandberg en mij. Er ligt daar namelijk geen sportveld; er is in feite een grote speeltuin gepland, maar de grond is wegens gebrek aan voldoende financiële middelen ingezaaid met gras. Op dit moment wordt het gebruikt als shot- veld. De heer van Dun zal wel willen ingaan op de vraag naar de shot veldjes in 'IJpelaar die onder water staan. Op de tarief verhoging zal ik straks wat dieper ingaan. Met de heer Sandberg ben ik het eens dat het een kwestie is die in de hand behoort te worden gehouden. Aan de andere kant kan ik zeggen dat het gevraagde advies van de Sportstichting in dezen positief is. Zij gaat ermee akkoord, behoudens de tariefverhogingen voor de sportvelden. Het college wilde voor de sportvelden een verhoging van 10% voor stellen, maar de Sportstichting achtte het beter 6% aan te houden. Wij zullen er zeker voor oppassen dat wij ons zelf niet uit de markt prijzen. De enorme kostenstijgingen moeten echter in ogenschouw

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1323