1343 24 NOVEMBER 1972 Voorlichting Algemene Bijstandswet: Daarover wordt veel gesproken en geschreven. Wij hebben inderdaad gemeend er goed aan te" doen het gemeentelijk informatieblad Indruk te gebruiken voor inlichtingen over de Algemene Bijstandswet. Wij hebben op de verschillende vra gen ook antwoord gegeven. Wij zijn van mening dat het het meest doeltreffend zal zijn als de mensen zich wenden tot de instituten die zich met de desbetreffende problemen bezighouden. Wij hebben o. a. bij de Sociale Dienst een spreekuur ingesteld op de dinsdagavonden. Het blijkt dat men van die gelegenheid minder gebruik maakt dan wij verwacht hebben. Overigens kan iedereen zich voor informatie tot de Sociale Dienst wenden. Verder werken wij mee aan het infor matiebulletin en aan radiouitzendingen. Ik meen dat ook mevrouw Paulussen heeft gezegd dat voorlichting via de massa-media doeltref fender is. Ik zie niet in wat wij in Breda nog meer zouden kunnen doen. Wij hebben er nog wel aan gedacht om een folder samen te stellen en te verspreiden, maar helaas ontbraken ons hiervoor de fi nanciële middelen. Wat de sociale raadslieden betreft hebben wij nog geen argumenten gevonden die onze mening zouden kunnen doen wijzigen. Ik hoop toch dat mevrouw Paulussen en ik hetzelfde idee hebben over de so ciale raadslieden. Minstens al vanaf 1968 heeft men gemeend dat sociale raadslieden mensen zijn, die in de diverse wijken een bureau hebben, waar iedereen terecht kan voor informatie. Wij zijn van me ning dat de Sociale Dienst in staat is om iedereen de informatie te verstrekken, die men nodig heeft. Vooralsnog zijn wij van de nood zaak van het aanstellen van een sociale raadsman dan ook niet over tuigd. Ik heb onlangs gehoord dat er ten aanzien van sociale raadslie den een subsidieregeling bestaat. Mijn ideaal is echter nog steeds om te komen tot een coördinatie van de diverse instituten voor maatschap pelijke dienstverlening. Dan is natuurlijk de man die als een soort "intaker" fungeert voor de diverse soorten van maatschappelijke dienst verlening eigenlijk de sociale raadsman. De subsidieregeling ten aan zien van sociale raadslieden richt zich mijns inziens ook hierop. Wij zijn echter in Breda nog niet toe aan één instituut voor maatschappe lijke dienstverlening en een man als door mij bedoeld kan daar dus ook nog niet worden geplaatst. Peuter- en kleuterleerplaatsen: Mevrouw Paulussen heeft er eigenlijk voor gepleit deze materie ook in de afdeling onderwijs aan de orde te stellen. Ik moet dat natuurlijk overleggen met mijn collega, die de onderwijszaken behartigt, maar ik wil dat graag doen. Samenwerking, coördinatie, herstructurering en ontwikkelingsfunctie. Dit is een uitgebreid en moeilijk terrein. De heer America heelt ge- zegd dat wij nu al acht jaar over deze kwestie aan het discussiëren zijn. Hij vertelt mij wel iets nieuws. Het is mij wel bekend dat men in de kringen van het maatschappelijk werk en de gedragswetenschap pen ontzettend veel filosofeert over de enorme veranderingen die aan de orde zijn, maar het is mij niet bekend dat men al acht jaar lang over de ontwikkelingsfunctie spreekt. Ik heb dat woord ongeveer ander half jaar geleden voor het eerst gehoord. Ik bespeur, als ik spreek met mensen die evenals de heer America in deze deskundig mogen worden geacht, dat men wel een idee heeft, maar dat de concrete uitwerking nog ontbreekt. Nochtans wil ik op korte termijn een eind aan alle filo sofieën maken en wil ik tot een concrete beslissing komen. Ik ben van mening dat wij altijd de mogelijkheid moeten openhouden voor veran dering van een opzet. Wij zullen dus geen structuur moeten maken,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1343