132 17 FEBRUARI 1972 19. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VASTSTELLEN VAN DE UITGIFTEPRIJZEN VAN GRONDEN VOOR 1972. De heer VAN MERK OM: Daar de uitgifteprijzen die hier worden vastgesteld in feite de prijzen betreffen van de laatste gronden in de grondpool, hebben wij er geen behoefte aan hier op dit moment uit gebreid over te discussiëren. Wij zullen dat wel doen wanneer er een nieuwe grondpool wordt opgezet, met name voor de Haagse Beemden. Evenmin willen wij nu ingaan op de opmerking met betrekking tot het bedrag van 1,-- per m2 voor gemeenschapsvoorzieningen en op de hoogte van het bedrag voor kosten openbare werken. Wel zullen wij te zijner tijd graag worden geihformeerd over het percentage dat de kosten van grote werken uitmaken in de huur van de woningen. De heer VAN CAULIL: Ik vind het erg moeilijk over dit voorstel te praten en ik vraag mij dan ook af of ik er aan moet beginnen of niet. Ik kwam vanmorgen langs de Mark en daar waren mensen aan het vissen en ik heb de vis nog nooit zo goed zien bijten. De een na de ander kregen ze van die grote vissen aan de haak, die ze rus tig lieten uitzwemmen om ze daarna met het schepnet zachtjes binnen te halen. Daar moest ik aan denken toen ik vanavond op weg was hierheen: ik ben een van die vissen en ik ben bang dat ze me net zo rustig zullen binnenhalen, al heb ik misschien maandenlang tegen- gesparteld. Bij de begrotingsbehandeling heb ik gevraagd hoe het moet met die bijdrage van 4,-- voor grote werken, daar heb ik een heel ver haal over gehouden. De notulen zijn er nog niet van, die krijgen wij nog in boekvorm. Toch zijn er nog enkele punten overgebleven die ik graag aan de orde wil stellen. In de eerste plaats, zou ik graag vastgesteld willen zien welk percentage van de bijdrage bestemd is voor wijkvoorzienïngen en welk percentage voor wijkvoorzieningen met een algemeen karakter. Ook heb ik gevraagd om een zodanig beheer van het fonds dat duidelijk blijkt welke bedragen ten behoeve van de wijkvoorzieningen zijn gereserveerd en bij de besteding van bedoelde gelden de raad te laten bepalen welke voorzieningen de voor keur verdienen. Bij dat laatste is duidelijk naar voren gekomen dat zonder meer kan worden vastgesteld dat die bestemming is het hoog- spoor. Van die 4,-- heb ik helemaal niets begrepen en nu is er maar 8,-- van gemaakt. Er is duidelijk gezegd dat de grondprijs niet behoeft te worden veranderd. Inderdaad, die blijft hetzelfde, alleen de bijdrage voor grote werken wordt van 4, -- op 8, -- gebracht en die hebben wij nodig voor het hoogspoor. Ik zal proberen te vertellen hoe het bij mij overkomt. Aan de grondprijs hoeft niets te gebeuren, maar wij zitten met een heel groot probleem en zo goed als wij het ene gat met het andere stoppen, moeten wij nu proberen het ene probleem met het andere op te los sen. Het geld hebben wij nodig voor het hoogspoor, want .wij moeten de consequenties aanvaarden van besluiten die vroeger genomen zijn, maar waar vinden wij nu de dekking? Voor een deel vinden wij die in de algemene reserve en verder in de bijdrage voor grote werken. Een andere keer heb ik al gevraagd of dit nu een rechtvaardige ver deling is. Hier wordt gewoon vastgesteld dat degenen die in de toe komst gaan bouwen 8,-- per m2 gaan betalen en dus moeten zij voor een groot deel de kosten van het hoogspoor opbrengen, maar de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 132