24 NOVEMBER 1972 1396 heb hierbij de Haagse Beemden op het oog. Als ten aanzien van samen werkingsscholen de wet belemmerend werkt, zal de wet zo snel mogelijk moeten worden aangepast. Het is verheugend dat het college het initia tief heeft genomen tot het instellen van een werkgroep kleuter- en basis onderwijs in de Haagse Beemden. Wij hebben al enkele malen gepleit voor een intensief gebruik van gymnastieklokalen en andere schoolruimten voor niet schoolse activitei ten. Ook van de zijde van de V. V.D. -fractie is daar gisteren voor ge pleit. Wij weten dat de besturen van de bijzondere scholen formeel niet verplicht kunnen worden de ruimten buiten schooltijd af te staan, maar zouden toch willen vragen of het college, indien hiertoe aanleiding is, zo veel mogelijk druk wil uitoefenen op onwillige schoolbesturen. Op 8 augustus jl. toen het nieuwe schooljaar begon, heb ik schrif telijke vragen gesteld over een eventueel tekort aan accommodatie voor de partieel-leerplichtigen. Op 22 november jl.dus ruim drie maanden later, heb ik een antwoord op die vragen gekregen; ik vind dat rijkelijk laat. Uit de antwoorden maak ik op dat de Bredase instituten voor be roepsbegeleidend onderwijs en vorming hun cursisten in het algemeen wel kunnen opvangen en dat alleen de jongerencursus met huisvestings mogelijkheden kampt. Het is te hopen dat de goedkeuring van de mi nister voor de nieuwbouw nu snel komt. Is de wethouder daarover iets naders bekend? Per augustus 1973 zullen alle 15-jarigen in het eerste jaar van de partiële leerplicht twee dagen per week onderwijs moeten volgen. Is het college bereid zich nu reeds te bezinnen op initiatieven die het mogelijk maken dat de Bredase 15-jarigen die voor deze twee dagen onderwijs in aanmerking komen aan hun plicht kunnen voldoen? In het vraag- en antwoordboek vermeldt u dat naar het aantal partieel leerplichtigen dat zich niet heeft laten inschrijven een onderzoek wordt ingesteld. Hoe staat het met dit onderzoek? Kunt u op dit moment al cijfers mededelen? Wellicht is het een goede suggestie aan de wethouder in dezen het voorbeeld van zijn Groningse collega op te volgen. Ten aanzien van de sportaccommodaties en de evenwichtige toe wijzing van tijden aan scholen en andere instituten verheugt het mij dat overleg gaande is. Het schijnt dat instituten voor beroepsbegeleidend onderwijs en vorming vaak bijzonder ongunstige uren krijgen toegewezen. Ik heb begrepen dat bij de discussie over kinderopvangcentra voort aan ook de afdeling onderwijs zal worden betrokken en daar ben ik erg blij mee. De argumentatie heeft mevrouw Paulussen al gegeven en ik kan dat derhalve achterwege laten. De heer VAN OS: In de eerste plaats heb ik er behoefte aan dat gene wat door mevrouw Willems is gezegd ten volle te onderschrijven. In de tweede plaats wil ik uw aandacht vragen voor enkele punten uit het onderwijsprogramma. Ik vind het nog steeds bijzonder betreurenswaardig dat het gymnas tiekonderwijs voor de lagere-schooljeugd in Breda zo slecht bedoeld is en vraag mij af of er toch niet wat meer initiatieven kunnen worden genomen om aan voldoende gymlokalen te komen, teneinde tenminste het verplichte gymnastiekonderwijs voor de lagere-schooljeugd veilig te stellen. Een ander punt is de besteding van de vakonderwijsuren. Door besluiten van deze raad is het mogelijk gedurende een aantal uren vakonderwijs door vakleerkrachten te laten geven op de basisscholen; daarmee is het in het algemeen niet zo goed gesteld. De uren worden niet voldoende benut en er is een tendens om meer tijd aan muziek

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1396