1403
24 NOVEMBER 1972
sering al niet meer toereikend zou kunnen zijn. Ik heb hem toen reeds
gevraagd mij zo tijdig mogelijk over de behoefte te informeren, opdat
wij daaraan zo veel mogelijk tegemoet zouden kunnen komen. Zoals
bekend zijn de nieuwbouwpiannen voor de levensschool goedgekeurd.
Ook ten aanzien hiervan zijn wij bereid mede te denken over oplossin
gen voor de huisvestingssituatie van deze school. Met betrekking tot
de bestaande behoefte zullen deze instituten ons voldoende informatie
kunnen verschaffen, zodat wij eventuele problemen tijdig zullen kun
nen oplossen.
Het onderzoek naar het aantal jongeren dat zich aan de partiële
leerplicht heeft onttrokken, is thans afgerond, maar de cijfers daarvan
kan ik helaas op dit moment niet geven; ik vind het te riskant in dezen
alleen op mijn geheugen te vertrouwen.
Of ik mijn Groningse collega als voorbeeld kan nemen, weet ik
niet, maar ik wil dat wel eens nagaan. Uit publicaties heb ik begrepen
dat hij alle leerlingen heeft aangeschreven en de gedachte die toen bij
mij opkwam, was: stel je eens voor dat hij hen allemaal bezocht had.'
Mevrouw WILLEMS - VAN DOORN: Daar heeft men het in Groningen
veel te druk voor.'
Wethouder BROEDERS: Ik kan u zeggen dat hetzelfde voor Breda
geldt.
Naar ik meen zal wethouder Mans er geen bezwaar tegen hebben
als wij in de commissie voor onderwijs eens praten over peuterspeelzalen,
crèches etc. Ik zie hem heel geruststellend kijken en neem dus aan dat
dit echt wel eens kan gebeuren. Aan dat verzoek uit de raad zal ik graag
gevolg geven.
De toewwijzing van de gymnastieklokalen ten behoeve van de
vormingsinstituten is een punt waarmee wij in de loop van het jaar
geconfronteerd zijn geworden. Ik kan zeggen dat op dit moment wordt
gewerkt aan een inventarisatie van de behoefte aan gymnastiekaccom-
modaties. Daarbij gaan wij ervan uit dat wij in de eerste plaats aan de
verplichting ten aanzien van het basisonderwijs moeten voldoen. Daar
naast hebben wij nog wat historische banden met het m. a. v. o. -onder
wijs, omdat dat tot voor enkele jaren terug ook tot de gemeentelijke
verantwoordelijkheid behoorde. Wij zullen voor de aanvang van het
nieuwe schooljaar evenwel tijdig beslissingen nemen ten aanzien van
de toewijzingsmogelijkheden.
De heer Van Os heeft naar voren gebracht dat het met het gymnas
tiekonderwijs wat slecht is gesteld en heeft in dit verband gevraagd of
de gemeente wat meer initiatieven zou kunnen nemen. Ik heb al eens
gesteld dat wij nog altijd enigszins nadelige gevolgen ondervinden van
de veranderde inzichten van de rijksoverheid in dezen. Er is namelijk
een tijd geweest dat bij de scholen geen gymnastieklokalen konden
worden gebouwd; toen zijn wij overgegaan tot het stichten van gemeen
telijke gymnastiekzalen, iets waarmee wij ook niet onverdeeld gelukkig
zijn. Zodra het mogelijk was bij de scholen gymnastiekaccommodatie
te realiseren, zijn wij daartoe overgegaan, maar op grond van de situa
tie in het verleden blijven hier en daar wat problemen bestaan. Op dit
moment zie ik niet in welke zin wij nog meer initiatieven zouden kun
nen nemen, maar ik ben graag bereid om deze zaak met de afdeling
onderwijs nog eens te bekijken.
Voorts is opgemerkt dat de uren vakonderwijs niet voldoende worden
benut, In overleg met het onderwijs wordt aan muziekonderwijs de mees-