24 NOVEMBER 1972
1436
6,w. HOOFDSTUK XIII, PARAGRAAF 1: diverse inkomsten en
uitgaven;
PARAGRAAF 2: onvoorziene uitgaven.
Zonder discussie.
6,x. HOOFDSTUK XIV: VERREKENINGEN.
Zonder discussie.
De VOORZITTER: Alvorens tot agendapunt 7 over te gaan, wil ik
met u nog even spreken over de moties die in de loop van deze dagen
zijn blijven liggen en waarover de raad voordat de begroting wordt vast
gesteld zijn mening kenbaar zou moeten maken. Ik zou dat betrekkelijk
eenvoudig willen doen, want de motie over de bejaardenpas kan het
college overnemen - zij houdt overigens wel in dat naar dekking zal
moeten worden gezocht terwijl de indieners van het amendement op
bijlage lOd betreffende de tarieven van sportaccommodaties en gymnas
tiekzalen mij hebben medegedeeld dat zij begrip hebben voor het feit
dat de loonkosten zijn gestegen. Dat houdt in dat ook de indieners van
het amendement akkoord kunnen gaan met een verhoging van de tarie
ven met 20%. Met dit amendement op het amendement kan het college
instemmen, zodat hiermede bij de vaststelling van de begroting rekening
moet worden gehouden.
7. Vaststelling van de gemeentebegroting 1973 in haar geheel.
Hierbij komt tevens aan de orde de vaststelling van de eerste
wijziging van de begroting van de algemene dienst.
De heer VON SCHMID: Namens de heer Froger en mijzelf wil ik
graag een korte stemverklaring afleggen.
Wij zijn er ons van bewust dat het heel ongebruikelijk is tegen
de gehele begroting te stemmen. Wanneer wij dit toch doen, gebeurt
dit niet omdat wij zouden vinden dat er in Breda niets gebeurt of om
dat wij in de persoonlijke sfeer wantrouwen zouden koesteren tegen
wie ook in het college. Wij stemmen tegen de begroting, omdat wij
van mening zijn dat zeer essentiële beleidspunten fundamenteel ver
keerd worden behandeld, dat in veel gevallen een beleid ontbreekt,
dat wat in Breda gebeurd is, staat te gebeuren of juist niet staat te ge
beuren fataal is voor de Bredase gemeenschap en dat er een duidelijk
gebrek aan bestuurskracht is, terwijl wij vrezen dat dit in toenemende
mate het geval zal zijn. Het is om deze redenen dat wij, zakelijk ge
sproken, niet voldoende vertrouwen hebben in het zittende college.
Dat willen wij tot uiting brengen door tegen de gehele begroting te
stemmen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna de gemeentebegroting
1973 in haar geheel vastgesteld, onder aantekening dat de heren Von
Schmid en Froger geacht wensen te worden tegen te hebben gestemd.
Tevens is hierbij besloten:
- tot verhoging van de rechten van de vuilophaaldienst;
- tot verhoging van de tarieven van sportaccommodaties en gym
nastieklokalen, alsmede van de daarin plaatsvindende activitei
ten;
- tot verhoging van de secretarieleges en de rechten burgerlijke