1475 4 DECEMBER 1972 ons tegen dit voorstel blijven verklaren. De heer JANSEN: Ik ben het volledig met de heer Van Os eens dat er een groot verschil bestaat tussen 1„000,--en 5.000,--. Hij noemde een aantal dingen op. Mij zijn zelfs 164 woningen in Gee- ren-Noord bekend, die zonder afkoopsom van aankoop werden vrijgesteld. De wethouder begrijpt niet hoe ik aan het bedrag van 20. Ó00.000, kom. Om precies te zijn kom ik aan een bedrag van 23. 500. 000, Ik heb uitgerekend dat ongeveer 4700 woningen op de wijkverwarming zijn aangesloten. Wanneer al deze woningen worden afgekoppeld 5.000,--, levert dit een bedrag op van 23.500. 000,--. Waarom dit bedrag van 5. 000, --? Ik vind het veel geld. Het is logisch dat deze bedragen in de toekomst alleen maar hoger worden. Men kan natuurlijk aanvoeren dat de afschrijving en het onderhoud minder kos ten met zich gaan brengen. Het arbeidsloon zal echter bijzonder hoog stijgen. Ik ben van mening dat het bedrag steeds hoger zal worden. Ik ben voor de mogelijkheid tot afkoppelen, maar niet op deze manier met vérstrekkende financiële consequenties voor de bewoners. Ik kan daarom op dit moment het voorstel niet steunen. Wethouder VAN GRAAFEILAND: De heer Jansen vergelijkt enkele bedragen, die niet met elkaar te vergelijken zijn omdat zij erg weinig met elkaar uitstaande hebben, behoudens het feit dat zij allen te ma ken hebben met de wijkverwarming. Wanneer iedereen nu stante pede zou afkoppelen, behoefden wij het systeem als zodanig niet meer in stand te hóuden. Als nu hier en daar enkelen gaan afkoppelen, behou den wij als gemeente de verplichting het systeem integraal in stand te houden. Dat is het probleem. Daarom moet door degenen, die op grond van volstrekt individuele redenen wensen af te koppelen, betaald wor den. Om die reden kan de heer Jansen een bedrag van 23. 500. 000, -- niet vergelijken met een bedrag van 11. 000. 000, -- dat hij in een eerdere instantie noemde, noch met een bedrag van 7. 000. 000, -- dat ik aanvullend heb genoemd. Het feit dat de kosten absoluut gezien in de toekomst hoger zul len worden, zal waarschijnlijk te maken hebben met de inflatie en met de stijging van het arbeidsloon. Relatief gezien zal dat in ieder geval niet het geval zijn, omdat iedere maal via het vaste bedrag in de betalingen delen van de annuïteit rond de technische voorzieningen, de ketelhuizen en de terreinleidingen worden betaald. Als eenmaal iets betaald is, is het daarmee tevens ontvangen. Het behoeft dan niet meer te worden opgenomen in de contante waardering van hetgeen nog ontvangen zou moeten worden. De heer Van Os heeft de verschillen tussen de hedendaagse prij zen en die in het verleden genoemd. Ik wil de heer Van Os adviseren de tweede nota wijkverwarming nogmaals door te nemen. Om hem te helpen zal ik enkele bladzijden noemen. Op pagina 20 vindt hij het een en ander rond Geeren-Noord. Op pagina 13 staat iets over de des investering. De 62 woningen vormden een specifieke aangelegenheid, waarbij specifiek eigen criteria hebben gegolden. Die criteria worden nu op geen enkele wijze meer in het geding gebracht. De heer VAN OS: Wat was daaraan zo specifiek? Wethouder VAN GRAAFEILAND: Dat hebt u in het betreffende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1475