1523
14 DECEMBER 1972
Het zal u duidelijk zijn dat wij content zijn met uw voorstel,
ook al is het een bescheiden begin en al is het bedrag aanmerkelijk
lager dan in tal van andere gemeenten het geval is. Wellicht is
dit voor N. A.C. het begin van een nieuw tijdperk, waarin haar
voortbestaan definitief wordt veiliggesteld. Als raad mogen wij naar
mijn mening ook nu reeds trots zijn op dit N. A.C., dat onder moei
lijke omstandigheden tweemaal van Ajax heeft gewonnen. Het is een
politieke wens van de V. V. D.-fractie dat N. A.C. voor Breda be
houden blijft.
De VOORZITTER: Ik heb zoëven een fout gemaakt. In het voor
stel wordt vermeld dat van een eventueel afwijkend advies van de
afdeling vooraf kennis zou worden gegeven, maar helaas ben ik ver
geten wethouder Mans hieromtrent voor de aanvang van dit debat
het woord te geven, wat ik nu alsnog wil doen.
Wethouder MANS: Ik kan heel kort zijn. Vijf leden van de
afdeling zijn tegen subsidiëring, tenzij een deel der dekkingsmiddelen
op een andere wijze wordt gevonden, dus niet alleen binnen de be
groting voor jeugd en sport. Twee leden van de afdeling kunnen
zich met het voorstel verenigen.
De heer BROOIMANS: Het betaald voetbal verkeert in een ont
wikkelingsfase. Dat zal niemand ontkennen. Ook in uw preadvies
wordt hiervan melding gemaakt. Niemand weet hoe de uiteindelijke
situatie zal worden. Zal er een verdergaande sanering worden door
gevoerd en zal deze uitmonden in bijvoorbeeld een nationale com
petitie? Niemand is in staat de toekomst van het betaalde voetbal
te voorspellen, maar een feit is dat vele betaalde voetbalvereni
gingen in financiële moeilijkheden zijn komen te verkeren, zoals
de F.C. Den Haag, de F. C. Groningen en de F. C. Tilburg. Om
uit de moeilijkheden te geraken wendt men zich dan tot het ge
meentebestuur om subsidie en het gemeentebestuur, begaan met het lot
van de vereniging, "hun" vereniging, dikwijls draagster van de naam
van de stad, tast dan in de geldbuidel, want wat er ook gebeure,
de plaatselijke vereniging, hun vereniging, mag niet verloren gaan.
Ik heb het bovenstaande geschetst omdat hier naar mijn mening een
ongezonde situatie aan het groeien is. Naast de concurrentie op het
sportieve vlak tussen de verenigingen onderling ontstaat een concur
rentie tussen de subsidiërende gemeenten. Dat is een situatie die te
denken geeft. Naar mijn mening is in de toekomst voor wat de sub
sidiëring van het betaalde voetbal betreft een taak voor de boven-
gemeentelijke overheid weggelegd.
Van de toekomstvisie naar ae hedendaagse realiteit, in casu
N.A.C., is maar een kleine stap. Van het N. A. C.-bestuur mag
gezegd worden dat het een zuinig beleid heeft gevoerd. Men heeft
ae salarissen aan de lage kant gehouden en slechts enkele goedkope
spelers werden gekocht, maar het N. A. C.-bestuur weet verdraaid
goed dat het de bakens moet verzetten en dat een meer profes
sionele aanpak dringend noodzakelijk is. Men denkt dat onder an
dere te bereiken door een herstructurering van het bestuur; er komen
twee secties, namelijk een amateur- en een profsectie, die apart
gaan opereren, maar N. A. C. heeft voor een meer professionele
aanpak vooral geld nodig. Het is noodzakelijk dat het geraamde
exploitatietekort 1972-1973 wordt aangezuiverd, Verwacht wordt
dat de nabuur-gemeenten en het bedrijfsleven hun deel zullen bij-
