1539
14 DECEMBER 1972
wij eventueel nog van de zijde van het college kunnen verwachten wan
neer van de regio en het bedrijfsleven geen bijdrage van 50% kan worden
verkregen. Ik zou het op prijsstellen wanneer de wethouder ook daarop
nog even zou willen ingaan.
De heer DEES: De steun van regio en bedrijfsleven schijnt op gang
te komen. Zo heeft het bedrijfsleven onlangs een bedrag van 96. 000, -
op tafel gelegd, dat is aangewend om voorzieningen in de accommodatie
aan te brengen. Wat een eventuele subsidiëring door het rijk betreft be
hoeven wij m.i. geen al te hoge verwachtingen te hebben, want nage
noeg alle in ons land toegekende sportsubsidies komen van de plaatselij
ke overheden, waarbij het in totaliteit om een bedrag van 600 miljoen
gaat, terwijl het rijk van dat bedrag niet meer dan 15 2% aan sportsub
sidies uitgeeft. Ik vind het op zichzelf ook wel logisch dat een stad of
regio, wanneer zij binnen haar contreien betaald voetbal wil handhaven,
de eerstgeroepene is om dat in stand te houden. De verantwoordelijkheid
daarvoor moet een gemeente dan niet naar een hogere overheid willen
afwentelen.
Ten aanzien van het dekkingsplan moet ik opmerken, dat ook in
onze fractie over enkele onderdelen daarvan moeilijkheden zijn gere
zen. Als de Sportstichting op voorhand het standpunt inneemt dat een
en ander op de aangegeven wijze kan worden geregeld dan vinden wij
dat van de zijde van de Sportstichting een zeer edelmoedig advies.
Het moet naar onze mening geroemd worden wanneer iemand niet op
zijn eigen eieren blijft zitten, maar bereid is iets af te staan terwille
van een ander belangrijk gebeuren.
Een laatste opmerking zou ik over de subsidievoorwaarden willen
maken. Ik zou er de wethouder toch wel op willen vastpinnen, dat de
subsidievoorwaarden in de geest van het rode boekje worden geformu
leerd. Daarover mag geen enkel misverstand bestaan. Ik ben het met
de wethouder eens wanneer hij zegt dat de baten en lasten van aan- en
verkoop van spelers niet in de exploitatie mogen worden opgenomen,
maar ik hoop dan wel dat uit de exploitatie jaarlijks een van tevoren
af te spreken bedrag gereserveerd zal worden voor een reservefonds voor
een kapitaalrekening, van waaruit spelers zullen kunnen worden aange
kocht.
De heer KRAMER: De wethouder is vrij kort geweest wat ik hem
niet kwalijk mag nemen omdat wij onzerzijds eveneens hebben gepro
beerd het zo kort mogelijk te maken, maar ik meen wel te moeten con
stateren dat niet alle aspecten in het antwoord van de wethouder voldoen
de uit de verf zijn gekomen.
Het is juist dat wij bij aanvaarding van dit voorstel het stellen van
subsidievoorwaarden aan uw college delegeren. De te stellen voorwaar
den zijn zojuist door de wethouder genoemd, maar ik zou mij toch wel
willen aansluiten bij de zoëven door de heer Crul gestelde vraag of wij
hierover nog iets meer zullen horen. Zullen wij de voorwaarden in de
afdeling nog nader met elkaar kunnen bespreken?
De continuering van de subsidieverlening komt toch wel wat erg
zwak naar voren. Wat de continuering betreft blijft voor N. A. C. bij
aanneming van dit voorstel onzekerheid bestaan en onzekerheid blijft
er eveneens voor de dienst, zoals ik in eerste instantie ook reeds heb
gesteld.
Het is juist dat de voorzitter, zoals de wethouder heeft gezegd,
over het in de notulen opnemen van het dekkingsstaatje moet beslissen.
Alvorens ik hier nu allerlei posten ga noemen zou ik van u, mijnheer
de voorzitter, graag willen vernemen of wij het dekkingsstaatje later in de