14 DECEMBER 1972 1544 Wethouder MANS: Op het gebied van onderhoud worden drie pos ten genoemd, namelijk de post voor het schoonhouden van kantoren, de post afrasteringen en onderhoud opstallen en de post voor spel- en sportmateriaal, Dit wil niet zeggen dat geen onderhoud zal kunnen plaatsvinden, van het oorspronkelijk voor deze doeleinden in totaliteit gereserveerde bedrag is alleen een deel afgenomen. De heer Brooimans heeft gevraagd of een gemeentelijke vertegen woordiging in de raad van bestuur van N. A. C„ wellicht ook een voor waarde is die zou kunnen worden gehanteerd. Ik moet u zeggen, dat ik zo'n vertegenwoordiging vooralsnog niet als een gelukkige oplossing zie. Ik ben er niet van overtuigd dat wij deze weg zullen moeten in slaan. Ook in het ongeregelde troepje wethouders, waarover de heer Crul heeft gesproken, zijn ervaringen naar voren gekomen waaruit dui delijk blijkt, dat een participatie van de kant van de gemeente in een raad van bestuur van een vereniging niet de meest gelukkige, noch de meest gewenste oplossing is. De heer Crul heeft zijn tevredenheid uitgesproken over het feit, dat de club van wethouders nog blijft opereren, maar ik wil toch een beetje waarschuwen - wat dit betreft verschil ik inderdaad met hem van mening - voor overtrekking van de kracht van zo'n troepje onge regeld. Natuurlijk is het feit dat je als groep opereert en akties neemt in de richting van de V. N. G.rijksoverheid en provinciale overheid, op zich een activiteit die kan leiden tot een andere stellingname, maar anderzijds moet toch wel worden geconstateerd dat hetgeen andere in stituten, zoals het parlement en de politieke partijen, niet weten te bereiken ook door een groepje wethouders niet bereikt kan worden. In eerste instantie heb ik verzuimd mede te delen, dat er door de wethouders van sport van de vier grote Brabantse gemeenten contact is gelegd met de provinciale overheid. Wij hebben gemeend ook in de richting van de provincie aktie te moeten nemen om te kijken in hoe verre het mogelijk is ook de provincie wat meer daadwerkelijk voor de topsport te interesseren. Over de activiteiten van de zijde van de gemeente in de richting van regio en bedrijfsleven behoef ik naar ik meen niet teveel meer te zeggen, N. A. C, ontplooit in dit opzicht ook zelf activiteiten en ik geloof dat het goed is, dat de gemeente daarin een rol speelt. Natuur lijk zal een en ander zich ook verder in overleg met N. A. C. afspelen. Heel concreet is door de heer Crul gevraagd naar de twee posten die als laatste zijn genoemd op de lijst van de dekkingsmiddelen. Wat het bedrag van 40. 000, -- betreft heeft de heer Kramer tot tweemaal toe over een e xperimentenpot gesproken, maar het gaat hierbij niet om de experimentenpot die in de begroting voor jeugd en sport is gereser veerd, noch om de experimentenpot die in de begroting voor cultuur is opgenomen. Bij de begrotingsbehandelingen hebben wij als college voorgesteld in de begroting voor jeugd, sport èn cultuur een stelpost op te nemen ten behoeve van eventualiteiten die zich in de loop van het jaar 1973 zouden kunnen voordoen en het is niet zo, dat aanwen ding van dit bedrag betekent dat andere dingen, die nu gebeuren, niet zullen kunnen plaatsvinden. Het is evenmin zo, dat experimenteren niet mogelijk zou zijn omdat daarvoor geen geld beschikbaar is. Er is een experimentenpot voor cultuur, er is een experimentenpot voor jeugd en sport en daarnaast is er de stelpost van 40. 000, -- voor even tualiteiten die wij, nu zich een eventualiteit voordoet, voor deze subsi diëring aanwenden. Dat is een kwestie van keuze.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1544