17 FEBRUARI 1972
152
De heer VON SCHMID: Ja, ik weet natuurlijk dat dat artikel
bestaat, maar het is mij niet bekend of iets dergelijks ooit heeft
plaatsgevonden en of er ooit een gemeenteraad is geweest waar deze
consequentie is toegepast. Ik moet echter zeggen dat het het aller
beste argument is dat de wethouder had kunnen vinden en dat is wel
een felicitatie waard, maar nogmaals, de wethouder kan veel beter
dan ik beoordelen of dit werkelijk zo is, hij heeft daar veel meer
ervaring in, want hij weet wat er op dat gebied te koop is.
Hoe dan ook, wij zitten er nu mee. De heer van Os heeft
weliswaar gezegd dat wij alle consequenties aanvaarden, maar ik ben
er zonder meer van overtuigd dat niet elk raadslid die consequenties
kan aanvaarden als de zaak inderdaad zo zou worden gespeeld als
de wethouder heeft verteld en daardoor zullen verschillende leden
die aanvankelijk van mening waren dat de motie dient te worden
aangenomen als gevoelen van de raad, nu toch aarzelen hun stem
daarvoor uit te brengen, niet omdat zij tegen de motie zijn maar
juist vanwege de eventuele consequenties die daaraan verbonden zijn.
Ik geloof dat niemand in redelijkheid van een raadslid mag verwach
ten dat hij uit eigen zak betaalt wat de overheid had moeten doen
en heeft laten zitten; dat zullen de bewoners van deze wijk ook niet
van ons eisen en zelfs niet mogen eisen.
Aan de andere kant blijf ik van mening dat de raad met het
aannemen van deze motie zijn gevoelen uitspreekt, zij het natuurlijk
met de bedoeling dat het college maatregelen zal treffen en die maat
regelen -- wat dat betreft wil ik de bal graag terugspelen -- zijn
natuurlijk voor verantwoordelijkheid van het college. Wij nemen na
melijk een motie aan, wij nemen geen besluit. Ik probeer het al
thans in deze zin te interpreteren, de wethouder moet mij straks
maar vertellen of het juist is. Wij nemen een motie aan waarin
het college wordt gevraagd het geld te zoeken. Vervolgens moet
het college met een voorstel komen en op dat moment moeten wij
inderdaad een besluit nemen, maar op dit moment hebben wij nog
geen besluit genomen over het voteren van dit krediet en ik geloof
aan ook dat aanneming van de motie niet betekent dat het artikel
van toepassing is dat de wethouder heeft genoemd.
De heer CRUL: In de motie wordt gevraagd twee zaken tot
uitvoering te brengen. De een betreft het normale onderhoud, waar
voor de gemeente gewoon aansprakelijk is en waarmee wij dus geen
enkel risico lopen. Het andere punt betreft de uitvoering van werk
zaamheden waarvoor wij voorzover ik weet al goedkeuring hebben
verleend. Ik begrijp de opmerking van de wethouder en zijn ver
wijzing naar het betreffende artikel dan ook niet. Het gaat om
twee zaken waarover al een besluit is genomen en waarvan ieder
een overtuigd is dat zij gedaan moeten worden. Laten wij in hemels
naam toch over deze zaak stemmen, wij lopen geen enkel risico!
De heer DEES: De heer Sandberg heeft duidelijk gezegd dat
onze fractie het in beginsel eens is met de motie. Deze motie heeft
echter een uitermate bijzonder karakter, dat wij in Breda nog niet
eerder zijn tegengekomen. Het is namelijk een ultimatieve motie,
want zij houdt in dat de raad het college de opdracht geeft voor een
bepaalde datum iets te realiseren. Nu zegt het college dat het strikt
juridisch wil bestuderen welke de consequenties en de mogelijkheden
zijn en dan vind ik het persoonlijk een zaak van gezamenlijke ver-