1573
18 DECEMBER 1972
door ons gewenste wijze.
Nu heeft de heer Van Os gesteld - dit meteen in antwoord op een
vraag van de heer Van Duijl - dat los van de vele vanuit de raad ge
stelde vragen ook nog moet worden geconstateerd, dat er ten aanzien
van het op deze wijze realiseren van een bad in noord nog helemaal
geen zekerheid is, maar zekerheid hebben wij nooit wanneer wij een
raadsvoorstel aannemen omdat nu eenmaal elk raadsvoorstel de goed
keuring van gedeputeerde staten behoeft. Ik kan alleen stellen dat wij
in dit geval meer dan ooit zekerheid hebben, althans meer dan ten
aanzien van alle andere voorstellen, wat ik kan demonstreren aan de
hand van de volgende feiten. In de eerste plaats zijn de 10. 000, --
voorbereidingskosten door gedeputeerde staten goedgekeurd, een bedrag
dat is gebruikt om de n. v, een aantal cijfers te laten produceren ten
behoeve van de realisering van een bad in noord. In de tweede plaats
kan worden geconstateerd dat de constructie van het aangaan van een
overeenkomst met de n. v. Sportfondsenbaden in principe door g.s. ak
koord is bevonden en dat die constructie door andere colleges van ge
deputeerde staten in den lande ook feitelijk is aanvaard. In de derde
plaats mag uit de laatste berichten die ons hebben bereikt worden op
gemaakt, dat g.s. een verklaring van geen bezwaar zullen afgeven in
relatie tot de planwijziging voor de Petegemstraat.
De heer Van Duijl heeft gevraagd om nadere informatie omtrent
de opgemaakte begroting, met name heeft hij de vraag gesteld of de
ze begroting op enigerlei wijze reëel is te noemen. Ik kan de heer Van
Duijl in dit opzicht geruststellen, het aanvullend rapport inzake de
zwembadaccommodatie is opgemaakt aan de hand van het prijspeil
van begin 1973, zodat de te verwachten kostenstijgingen zijn ingecal
culeerd.
Mevrouw jager is naar aanleiding van dit voorstel met een hele
litanie van op- en aanmerkingen gekomen. Allereerst moet ik mevrouw
Jager mijn excuus maken voor het feit, dat het aanvullend rapport be
trekking hebbend op de laatste wijzigingen onder andere ten aanzien
van de grondkosten niet is bijgevoegd. Ik moet u zeggen dat de dienst
jeugd en sport het aanvullend rapport inzake zwemaccommodatie bij
de raadsvoorstellen had gevoegd, maar dat het door een of andere in
terne omissie niet is meegestuurd. Dit vind ik eveneens bijzonder ver
velend, daarom bied ik hiervoor nogmaals mijn excuses aan. Wij zijn
hier in de afdelingsvergadering van de vorige week dinsdagmiddag ach
tergekomen en in die vergadering hebben de leden het aanvullend rapport
alsnog gekregen.
Als mevrouw jager vraagt of het niet goedkoper kan, dan moet ik
daarop antwoorden dat dat natuurlijk mogelijk is, maar dat dat dan ten
koste gaat van zowel de kwaliteit als de kwantiteit. Die kwantiteit is
duidelijk gerelateerd aan het programma van eisen, dat betrekking
heeft op het te verwachten aantal bezoekers en de daarmee verbandhou
dende omvang van het bad. Wat de kwantiteit betreft kan het niet minder
willen wij aan de functie van het bad geen afbreuk doen; als wij de ca
paciteit gaan beperken krijgen wij een bad dat voortdurend mudvol zal
zitten en dan behoef ik niet eens te praten over de nadelen voor het
veiligheidsaspect.
Op een vraag van de heer Van Merkom hebben wij, zoals mevrouw
jager stelt, ten antwoord gegeven dat er noch tekeningen, noch bestek
ken beschikbaar zijn van de alternatieven, aangedragen in raadsvoor
stel nr, 47. Natuurlijk zijn er geen tekeningen en geen bestekken om
dat in die gevallen gesproken wordt over modellen die in het rapport