17 FEBRUARI 1972 154 die het college naast zich neer moet leggen omdat die onuitvoer baar is of die de raad, geconfronteerd met de consequenties, niet uitvoert. Derhalve stellen wij de raad voor af te wachten tot wij maandag over dat deel betere informatie kunnen geven, waarna men een betere en meer gefundeerde beslissing kan nemen, zodat iedereen weet waar hij aan toe is. De heer FROGER: Mag ik nog een technische opmerking maken? De bouwpolitie behoort toe te zien op de kwaliteit van de woningen. Als een eigenaar de woning die hij verhuurt niet goed onderhoudt, kunnen burgemeester en wethouders op zijn kosten het onderhoud doen uitvoeren. Ik zie dan ook niet in waarom deze bepaling niet zou kunnen worden gehanteerd, want de gemeente is al ik weet niet hoe veel jaren achter met het onderhoud. De VOORZITTER: Ik nodig de raad uit thans over te gaan tot het nemen van een besluit. Het voorstel luidt --ik heb het al enkele keren gezegd dat de raad zich erover uitspreekt dat maandag over de motie wordt gesproken, met alle consequenties. Het is voldoende gemotiveerd en ik vraag u dan ook daarover een uitspraak te doen. Wanneer u voor dit voorstel bent, betekent dat dat deze zaak a. s. maandagavond om 7 uur wederom aan de orde komt. De heer VAN BANNING: Als dit voorstel nu wordt aangenomen, betekent dit dan dat de motie maandag niet meer aan de orde komt? De VOORZITTER; Ik meen dat ik nauwelijks nog duidelijker kan zijn. Ik heb u voorgesteld te besluiten dat de motie en alle conse quenties daarvan aanstaande maandag opnieuw aan de orde te stellen. Als dit voorstel wordt aangenomen betekent dit eenvoudig dat deze zaak maandagavond om 7 uur onmiddellijk aan de orde is, dus deze voorstellen zoals die zijn geagendeerd, inclusief de motie, inclusief de brief en alles wat daar verder bij hoort. De heer VAN OS: Ik begrijp niet waarom wij niet meteen over de motie kunnen stemmen, dan is er duidelijkheid. De VOORZITTER: Dat kan ook, maar ik vind het redelijk dat ik eerst mijn eigen voorstel aan de orde stel. Bovendien is dat het verst strekkend. Voorzover ik weet heb ik ook de leiding van de vergadering en ik meen dan ook dat ik mag zeggen dat deze zaak het eerst aan de orde komt en dat ik dat in alle redelijkheid van u mag vragen. Het voorstel van burgemeester en wethouders, de punten 23 en 39 maandag wederom aan de orde te stellen, wordt vervolgens in stemming gebracht en met 25-12 stemmen aangenomen. VOOR hebben gestemd: de heren Quadekker, Broeders, Jansen, van Dun, Sandberg, Goos, Biemans, Mans, Geene, van Graafeiland, de Raaff, Roozeboom, Severens en van Duijl, mevrouw van Rooij- van den Heuvel, de heren von Schmid, van Loon, van Caulil, Dees en Spanjer, mevrouw Stockmann-van der Kallen en de heren van Merkom, van Banning, Kramer en Taks.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 154