18 DECEMBER 1972 1578 dan van die twee? Wethouder MANS: Ik wil het graag even toelichten. Je kunt je ook een constructie voorstellen waarbij geen ambtenaren maar vijf raadsleden in de raad van beheer zitting nemen. Ik weet dat ik mij op verschrikkelijk gevaarlijk terrein begeef wanneer ik dan opnieuw de argumentatie van deskundigheid tegenover deskundigheid hanteer, maar u moet zich voorstellen dat de mensen die van de zijde van de n. v. Sportfondsenbaden in zo"n raad van beheer komen mensen zijn die soms al tientallen jaren met het bijltje hakken. Het lijkt mij dui delijk, dat raadsleden in dit opzicht op het punt van deskundigheid gemakkelijk het onderspit zullen delven. Ik wil de n.v. Sportfondsen- baden helemaal geen rottigheid toedichten, maar ik geloof nogmaals gezegd dat het verstandig is in dit soort groeperingen deskundigheid tegenover deskundigheid te plaatsen en bovendien speelt in dit kader ook het aspect van de continuïteit mee. Gesteld dat wij vandaag zou den besluiten vijf raadsleden in de raad van beheer op te nemen en er geen enkele ambtenaar in te zetten, dan zou dat wel eens kunnen be tekenen dat wij over anderhalf jaar met vijf andere raadsleden moeten aankomen. U zult zich kunnen voorstellen wat dat betekent, met name ten aanzien van het continufteitsaspect. De afstemming op het gemeentelijk beleid is eveneens een heel belangrijk facet, met name met het oog op het aspect "ambtenaren". De feitelijke relatie die er toch móet zijn "naar de dienst jeugd en sport en ook naar financiën is niet gewaarborgd op het moment dat geen re latie via een ambtenaar wordt gelegd. Daarnaast geldt - dit is m. i. ook een argument dat mag meespelen - dat de practijksituatie in elke gemeente waar dit bad gebouwd is althans voor zover mijn informaties strekken deze is, dat in de raden van beheer één of meer ambtenaren zitting hebben genomen. Tenslotte is dan nog gesteld dat de ambtenaren wel eens in een moeilijke positie zouden kunnen komen, een punt dat ook in de afde ling naar voren is gebracht. De ambtenaren hebben in een raad van beheer geen zitting op persoonlijke titel, maar heel duidelijk qualitate qua, wat betekent dat zij hun beslissingen zullen moeten nemen geënt op de opvattingen van met name diensten en afdelingen, alsmede op grond van het gemeentelijk beleid» De kwestie van de noodkerk heeft zoals de heer America heeft op gemerkt een duidelijke relatie met het zwembad. Met die noodkerk - opmerkingen hierover zijn ook in de raadsafdeling gemaakt - zit het wat moeilijk. Het is bekend dat de noodkerk op dit moment voor zo'n 8/lOe deel voor gemeenschapsactiviteiten wordt gebruikt en voorts is bekend dat de verplaatsing van de noodkerk volgens een globale raming ongeveer 60. 00Ö, -- zal gaan kosten. De heer VAN LOON: Dat lijkt mij aan de hoge kant.' Wethouder MANS: Ik praat ook over een raming.' Het gebouw is op zich ook niet in een zodanige staat dat wij er zeker van kunnen zijn, dat het na verplaatsing rechtop zal blijven staan en zal kunnen blijven functioneren. De heer America heeft geconstateerd dat de overeenkomst met het kerkbestuur in mei of juni afloopt, maar daarnaast speelt het punt dat wij met de Stichting Gemeenschapshuis Wisselaar in voortdurend contact zijn over de realisering van een noodaccommodatie. Het is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 1578