1581
18 DECEMBER 1972
besluit vanavond móeten nemen. Het enige punt ten aanzien waar
van wij nog niet overtuigd zijn is de kwestie van het beheer. Wij
zijn er met name nog niet van overtuigd, dat de gemeente zo
intensief bij het beheer zal moeten worden betrokken, maar daar
van zullen wij zeker geen halszaak maken. Wij blijven achter het
voorstel als zodanig staan.
De heer VAN DUIJL: Ik zou graag nog enkele opmerkingen
maken, via u ook aan het adres van mevrouw Jager en de heer
van Merkom.
De heer van Merkom heeft blijkbaar enkele rekensommetjes
gemaakt, maar dat heb ik eveneens gedaan. Overigens zou ik aller
eerst willen opmerken, dat de V. V D.-fractie kennelijk aan gezins
planning doet en dat de moederliefde van de V. V. D. blijkbaar
voor slechts één kind geldt. Wat is namelijk het geval? De vorige
week hebben wij de subsidieverlening aan N. A. C. behandeld, waar
van de V. V. D.-fractie zich een groot voorstandster toonde en waar
mee de raad uiteindelijk ook in meerderheid heeft ingestemd. Wan
neer ik nu in aanmerking neem dat N.A.C. per jaar gemiddeld
een 140.000 bezoekers heeft en ik dat aantal relateer aan de sub
sidie die wij kortelings hebben verleend, dan kan ik constateren
dat aan N. A. C. een subsidie van circa 0, 75 per bezoeker wordt
verstrekt. Als ik die 0, 75 relateer aan het aantal bezoekers van
het zwembad, dat bepaald aan de lage kant is geschat -- volgens
mijn berekeningen zal het aantal zwembadbezoekers op gemiddeld
een 1500 per dag liggen, een aantal dat in de zomer natuurlijk
hoger is -- dan kom ik bij een bezoekersaantal van 550.000 per
jaar aan een subsidie van 440.000,--. Als ik dan hoor dat het
zwembad waarschijnlijk een nadelig exploitatiesaldo van 300. 000,
zal hebben, dan geloof ik dat wij met een gerust hart een zwem
bad kunnen gaan bouwen.
De heer DEES: Mag ik daaruit afleiden dat de K. V. P.-
fractie deze redenering voor alle voorzieningen van toepassing
acht?
De heer VAN DUIJL: Bovendien is het duidelijk dat wij in
het geval van het zwembad ook nog rekening moeten houden met
de recreatie op zich. Namens mijn fractie kan ik stellen, dat wij
zeker ten aanzien van de actieve recreatie niet onder de maat
mogen blijven wanneer wij anderzijds zo goed aan de passieve
recreatie denken.
Voorts zou ik dan nog het volgende willen opmerken. Ik
meen dat wij als raad al op een eerdere datum een duidelijke
keuze voor een combibad hebben gemaakt en wij staan nog steeds
op het standpunt, dat een combibad het meest acceptabele bad is
dat wij kunnen bouwen. De heer van Merkom kan vragen om een
nieuwe studie inzake een nieuw bad, maar ik ben het volledig
eens met de heer von Schmid dat de tijd daarvoor voorbij is.
De zwembad-affaire speelt nu sinds 1969 in deze raad en m.i.
is er dan ook ruimschoots voldoende tijd voor het maken van
studies geweest. Een initiatiefvoorstel van de V. V. D. -fractie
zou eerder zeker op zijn plaats zijn geweest, het is nu te laat
om met nieuwe voorstellen te komen omdat dat uiteraard alleen
maar vertragend zal kunnen werken.