184
21 FEBRUARI 1972
vacature 30 op de heer De Zwart, 4 op de heer Weitering en 1 blanco,
in de vierde vacature 32 op mevrouw Mensen en 3 op de heer Van Gogh
en in de vijfde vacature 29 op de heer De Groot en 6 op de heer Liberg,
zodat de heren H.J. M. van Opstal, L. Kleijn, en A. W. M, de Zwart,
mevrouw M.J. Mensen-Bazelmans en de heer Th. W.M. de Groot met
absolute meerderheid van stemmen zijn benoemd in het bestuur van de
gemeentelijke sportstichting.
De VOORZITTER: Ik dank feet stembureau voor de verrichte werk
zaamheden en ontbind het.
30. Bijlage nr. 76.
PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OP HET SUB
SIDIEVERZOEK VAN DE STICHTING WERELDWINKEL BREDA.
De heer VON SCHMID: Wij vinden dit een heel belangrijk voor
stel en het heeft onze volle sympathie. De wereldwinkel stelt twee
belangrijke problemen in onze stad centraal. Deze problemen zullen
tot de allerbelangrijkste van de toekomst gaan behoren, namelijk de
aandacht voor de derde wereld en de vorming, in politiek-staatkundi
ge zin, van de burgerij. Over het eerste probleem kunnen wij heel
kort zijn. Geen enkel probleem zal in de toekomst zo belangrijk zijn
als juist het verschil tussen de rijke en de arme landen. Het is bijzon
der belangrijk dat er plaatselijk activiteiten zijn om de belangstelling
daarvoor op te wekken. Ook de tweede doelstelling verdient onze vol
le sympathie. Wij kunnen daar geheel achter staan, juist nu wij in
een periode leven waarin wordt gezocht en getast naar andere vormen
van bestuur. Wij behoeven niet alle termen te herhalen, maar dat zoe
ken en tasten kan alleen maar slagen als er onder de burgerij een zeke
re kennis van zaken bestaat. Er is een zekere bewustwording nodig en
wij kunnen alleen maar toejuichen dat dit wordt nagestreefd. Wij kunnen
ons dan ook achter dit voorstel opstellen. Wij zijn bijzonder blij dat het
college de raad met dit positieve preadvies heeft benaderd.
De heer SEVERENS: In dit voorstel van burgemeester en wethouders
komen twee belangrijke zaken aan de orde. Allereerst spreekt het colle
ge zich positief uit over de doelstelling en de activiteiten van de wereld
winkel en als gevolg daarvan stelt het college de raad voor de stichting
wereldwinkel een financiële bijdrage van 7. 500, -- te verstrekken.
De voorlopige erkenning van de werkzaamheden van de wereldwinkel
betekent in feite een nieuw element in het bestaande cultuurbeleid.
Het bestaande cultuurbeleid bestaat uit vier sectoren, namelijk cultu
rele en kunstzinnige vorming, kunstbeoefening, kunstbeleving en cre
atieve zelfwerkzaamheid. Met de subsidiëring van de stichting wereld
winkel wordt een begin gemaakt met de verbreding van het traditione
le cultuurbeleid in de sector politieke en maatschappelijke bewustwor
ding. De grootst mogelijke meerderheid van mijn fractie is blij met
dit preadvies en volgt het voorstel van het college.
Gezien het belang van dit werk en omdat het om een nieuw ini
tiatief gaat, wil ik in het kort even ingaan op de doelstelling en acti
viteiten van de wereldwinkel en aandacht schenken aan de financiële
aspecten. Het verzoek om subsidie heeft de wereld-winkel vergezeld
doen gaan van uitgebreide documentatie en informatie. Daardoor is
de raad in naat gesteld zich een beeld te vormen van de belangrijkste
aspecten. Ten aanzien van de doelstelling moet een hardnekkig misverstand