186
21 FEBRUARI 1972
Een deel van de fractie deelt de mening van het college het subsidie
tot dit jaar te beperken en de komende ontwikkelingen af te wachten.
Een belangrijk ander deel van de fractie, waartoe ook ik behoor, acht
het werk van de stichting van dermate groot belang dat het ook een
verzoek om een vaste bijdrage zou willen honoreren.
Onze fractie acht het van belang dat de begroting en de exploi
tatierekening over 1972 van de wereldwinkel worden opgevraagd, op
dat de raad kennis kan nemen van de wijze waarop de wereldwinkel de
ze subsidiegelden heeft besteed.
De heer JANSEN: Ik wil het college allereerst complimenteren met dit
voorstel. Het is bijzonder goed leesbaar en het geeft voldoende duidelijke
informatie. Ik kan volledig met uw voorstel meegaan, want de stichting
wereldwinkel heeft een duidelijk acceptabele en vrij concrete doelstel
ling. Bovendien is de stichting een goed particulier initiatief. Zij maakt
ons bewust van de sociale noden en zij doet dit op objectieve wijze. Het
subsidie dat de gemeente verstrekt zal niet worden gebruikt voor de ex
ploitatie. Het bedrag is bestemd voor de informatie en voor het vormings
werk. Misschien kan het subsidie een nieuwe aanzet zijn voor het vor
mingswerk dat hier weer een kans krijgt zich te ontwikkelen. Ik wil
hierbij aantekenen dat dit subsidie door ons als een startsubsidie wordt
beschouwd. Het volgend jaar zullen er duidelijke motieven moeten
zijn om tot continuering van de subsidieverlening over te gaan.
Tenslotte zou ik graag van u vernemen of het mogelijk is ons
geregeld van de ontwikkelin van de werkzaamheden van deze stich
ting op de hoogte te houden.
Mejuffrouw PAULUSSEN: Het nu aan de orde zijnde preadvies
betekent in feite dat er nu een heel klein begin wordt gemaakt met
een ombuiging van het bestaande cultuurbeleid in de gemeente, dat
tot nu toe als zeer traditioneel werd ervaren. Gelukkig dat er nu een
begin is. Het betekent ook een inspringen van de plaatselijke overheid
op problemen van ontwikkelingssamenwerking, die ten nauwste samen
hangen met een mentaliteitsverandering van iedere Nederlander en dus
ook van iedere Bredase burger. Deze mentaliteitsverandering ten aan
zien van de problemen van de derde wereld is direct verbonden met een
sociale en politieke bewustwording van de burgers, ook met betrekking
tot de Bredase samenleving. Een plaatselijke overheid die deze ontwik
kelingen ziet en deze activiteiten door subsidies wil ondersteunen is op
dit punt bij de tijd. De plaatselijke overheid moet de durf hebben om
zich een oordeel te vormen over dergelijke initiatieven en acties. Door
een positieve houding van plaatselijke overheden wordt de ontwikkeling
naar subsidiëring door landelijke overheden vanuit de basis bevorderd.
Dit kan een waardevolle bijdrage zijn in de opinie- en beleidsvorming
op landelijk niveau. Wij zijn van oordeel dat deze benadering aanzien
lijk positiever is dan de uitspraak van het college op pagina 3. Daar
staat dat het college ten aanzien van een verdere subsidiëring voorals
nog geen uitspraak wil doen en de ontwikkeling in den lande en ter
plaatse wil afwachten. Een toekenning van een jaarlijks subsidie zou
vanuit onze gedachtengang juister zijn geweest.
Tenslotte willen wij onze waardering uitspreken voor het initia
tief van de groep enthousiaste mensen die zich inzetten voor het werk
van de wereldwinkel en voor de wijze waarop vanuit dit initiatief een
belangrijk stuk vormingswerk in onze gemeente wordt gerealiseerd. Wij
zijn van mening dat de plaatselijke overheid hier een taak heeft en