16 MAART 1972
over gerept is.
De heer VAN BANNING: Ik heb een korte en wat formele opmer
king. In de bijlage wordt in de 3e alinea vermeld dat het bedrag kan
worden ingepast op post B. 5. 00.10.1; dit moet zijn B. 5. 00.10. 9.
De heer VAN DUN: Allereerst wil ik de heer Van Banning dank
zeggen voor zijn correctie. Het bezwaar van de heer Sandberg is dat
in de raadsafdeling - ik meen dat ik dat zelfs ook in de raad gedaan
heb - bij de behandeling van de begroting 1972 en het krediet d. d.
6-8-1971 door mij gezegd is dat verwacht kon worden dat eind 1971
door mij gezegd is dat verwacht kon worden dat eind 1971 de raad
een interimrapport met betrekking tot het verkeers- en vervoersplan
zou worden aangeboden. Ik moet tot mijn spijt zeggen dat dat met
gelukt is. Ik heb de raadsafdeling voor verkeer en vervoer hierover ook
ingelicht. Waarom is het niet gelukt? De gehele ontwikkeling van het
verkeer en vervoer in Breda is een bijzonder indrukwekkende zaak, die
in zijn uitwerking en presentatie naar de raad toe toch wel een aantal
consequenties heeft. Wij hebben hierover in de afdeling gesproken.
In het kort kan ik vertellen waarmede men bezig is en waarop een en
ander stuit. Men heeft simpelweg gezegd een kaart van Breda gemaakt
en daarop de verkeersstromen van dit moment getekend. Verder heeft
men een verkeersprognose gemaakt tot het jaar 1990 en heeft dit via
de computer op de bestaande modellen proberen in te enten. Het is
ongelooflijk moeilijk - vandaar mijn opmerking dat ik ervan onder de
indruk ben gekomen - om op grond van de toename van het verkeer
de raad en het college een aantal redelijke modellen aan te bieden.
Wij zijn er toch wel in geslaagd; ik heb het voorrecht gehad de voorlopige
modellen te mogen zien. Wij zijn op dit moment bezig met het concept
rapport, dat in mei a. s. als tussentijds rapport aan de afdeling zal wor
den aangeboden. Deze datum wordt dus wel in het stuk vermeld en ik
geloof dat ik in dit verband met de heer Sandberg van mening zou kun
nen verschillen. Correcter zou het inderdaad geweest zijn, indien aan
deze datum zou zijn toegevoegd: in plaats van december 1971. De
complexiteit van het probleem is er de oorzaak van dat een en ander
meer tijd gevergd heeft dan wij konden verwachten.
De heer SANDBERG: Ik vind het toch een weinig bevredigend ant
woord. De wethouder zegt dat het correcter zou zijn geweest, indien
achter de woorden "in mei 1972" de woorden "in plaats van december
1971" zou zijn vermeld. Ik vind gewoon dat het correct zou zijn ge
weest, indien in dit voorstel een motivering zou zijn gegeven van het
feit dat de rapportage een halfjaar wordt uitgesteld. Er is indertijd een
toezegging gedaan, die nu niet wordt gehonoreerd. Inmiddels hebben
wij bijna 350. 000, -- uitgegeven en de raad weet nauwelijks waar
voor; wij hebben nog geen enkele tussenrapportage gehad. Ik vind ge
woon een logisch gevolg van de problematiek zoals wij die de laatste
tijd op tal van gebieden ontmoeten dat wij regelmatig geïnformeerd
worden. Wethouder Broeders kan dan wel zeggen dat een teveel aan infor
matie maar verwarrend werkt, maar ik ben toch wel blij als wij zo af en
toe eens informatie krijgen, die dan bij voorkeur iets meer "to the point"
moet zijn dan de informatie die de wethouder bij de verdediging van
dit voorstel zo vlotweg uit zijn mouw schudt, Mijns inziens is nl. nog
niet helemaal duidelijk waarom het uitstel van de rapportage noodza
kelijk is. Concreet wil ik de wethouder dan toch wel eens vragen wat