257
16 MAART 1972
het gevolg zou zijn als de raad in afwachting van een eerste tussenrap
portage, zoals die indertijd is toegezegd, de goedkeuring van het kre
diet van 68. 000, -- voorlopig nog maar even zou aanhouden?
De heer VAN DUN: De heer Sandberg begrijpt mij verkeerd. Op
de eerste plaats heeft hij gevraagd waarom het rapport niet eind vorig
jaar is verschenen. Dat heb ik geprobeerd hem duidelijk te maken. Op
de tweede plaats heeft hij gevraagd waarom dat niet in het stuk ver
meld is en op die vraag heb ik geantwoord dat het correcter zou zijn
geweest als dat inderdaad in het stuk zou zijn vermeld. De heer Sand
berg spreekt over een uitstel van een halfjaar en ik geloof dat hij de
zaken dan toch wel wat overdrijft. Men is met dit werk al bijna 3£
jaar bezig en ik geloof dat het toch niet de grenzen van de redelijkheid
overschrijdt als wij nu een uitstel van vier maanden vragen; ik geloof
dan ook, hoezeer het uitstel mij ook spijt, dat het toch niet zo'n euvel
is als de heer Sandberg veronderstelt. Ik weet niet wat er zal gebeuren
als de raad het krediet niet zou voteren. Ik zou mij echter kunnen voor
stellen dat de voortgang van het werk zodanig belemmerd zou worden
dat de raad helemaal geen tussenrapportage zou krijgen en dat zou mij
zeer verdrieten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel
besloten.
19. Bijlage nr. 101
PREADVIES VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OP VERZOEK
VAN HET BESTUUR VAN DE STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS
BREDA-NOORD OM OP GROND VAN HET BEPAALDE IN ARTIKEL
72 DER LAGER-ONDERWIJSWET 1920 DE NODIGE MEDEWERKING
TE MOGEN ONTVANGEN VOOR HET UITBREIDEN VAN ZIJN SCHOOL
VOOR BASISONDERWIJS VLAANDERENSTRAAT 65 MET EEN VIERTAL
LOKALEN.
De heer DEES: Kan hierbij tevens agendapunt 31, bijlage nr. 113,
betrokken worden?
De VOORZITTER: Dat lijkt mij wel verstandig. Aan de orde is
dus ook:
31. Bijlage nr. 113
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BE
SCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET TEN BEHOEVE VAN DE
UITBREIDING VAN DE SCHOOL VOOR GEWOON LAGER ONDERWIJS
VLAANDERENSTRAAT 65 MET EEN VIERTAL LOKALEN; ALSMEDE
HET VOORSTEL TER ZAKE OVER TE GAAN TOT ONDERHANDSE
AANBESTEDING.
De heer DEES: Uw voorstel om mee te werken aan uitbreiding
van de school voor basisonderwijs aan de Vlaanderenstraat lijkt op het
eerste gezicht nauwelijks discutabel. Op de eerste plaats heeft deze
school volgens de prognoses van de sociografische dienst tussen 1975 en
1980 behoefte aan een uitbreiding met vijf lokalen en op de tweede
plaats is het schoolbestuur van plan om na 1980, als het leerlingental
volgens de verwachtingen gedaald is, de nu aangevraagde vier lokalen
te bestemmen voor de definitieve huisvesting van de semi-permanente
