278 20 MAART 1972 De heer KRAMER: Discussies over het hanteren en over de bete kenis van het woord "urgent" vormen geen oplossing. Wanneer wij dat doen lopen wij vast. In dit verband denk ik aan de discussie die wij in de vergadering van de afdeling maatschappelijk werk hebben gevoerd. De woordenboeken geven zelfs kleine verschillen in de betekenis van dit woord. De voorstellen die wij accepteren zijn steeds noodzakelijk. Wan neer een voorstel zeer urgente zaken betreft -- de woorden "zeer urgent" worden ook in het preadvies gehanteerd moeten zij naar mijn mening buiten de normale procedure om worden behandeld, los van eventuele investeringsplannen en prioriteitenlijsten. In het onderhavige preadvies gaat het om de D. A. C. W.-werken. Bij deze werken gaat het primair om de werkloosheidsbestrijding. Pas in de tweede plaats gaat het om de keuze van het object, hoe wel dat op zichzelf niet onbelangrijk is. Het gevaar bestaat dat het te kiezen object een bijzaak gaat worden. De beoordeling geschiedt op tamelijk grote afstand. Actuele informatie uit de betrokken ge meente is een eerste eis. De moeilijkheid is momenteel echter de slagvaardigheid in de huidige procedure. Ik wil drie punten noemen die de slagvaardigheid in de weg staan. Allereerst de reeds genoemde afstand van het provinciale orgaan tot de gemeente, voorts ae hiaten in de inspraak van de raad op het gebied van de voorbereiding en ten slotte het gebrek aan inzicht van de raadsleden op het terrein van de urgenties elders in de provincie. Ik zie een geweldige admi nistratieve rompslomp waardoor elke doelmatigheid en slagvaardigheid wordt gemist. Het voorstel van het college is eigenlijk een verantwoording van het college -- het kan bijna niet anders --, maar geen oplossing met betrekking tot de inspraakmogelijkheden die wij in de toekomst zo graag gerealiseerd willen zien. Ik moet daarbij aantekenen dat het niet om een eenvoudige zaak gaat. Op dit gebied heeft ook de regio nale raad voor de arbeidsmarkt een taak. Die raad moet nauw be trokken zijn bij het uitstippelen van het beleid. Functioneert deze raad in onze regio reeds ten aanzien van de D. A. C. W.-werken? Ik ben ervan overtuigd dat uw college en de ambtenaren in deze soort zaken veel werk verzetten, maar als raadslid zou ik graag wat bouw stenen helpen aandragen, om één en ander panklaar te maken. Zulks kan de procedure achteraf verkorten. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat ik geen interesse heb in hetgeen er vooraf gebeurt. Ik hoop te zijner tijd een visie van uw college over een doelmatige D.A.C.W.- procedure te horen. Misschien kunnen wij er in de afdeling nog een? over praten. Wij hebben in de afdeling al over zo veel procedures gesproken. Ik wil besluiten met een zijdelingse opmerking. Wanneer over enkele maanden de afgestudeerde jongeren niet aan het werk kunnen gaan, vervult ons dat nu al met zeer grote zorgen. Voor het moment gaan wij akkoord met uw voorstel. De heer FROGER: Allereerst wil ik opmerken dat wij uw preadvies niet afwijzen; wij vinden alleen dat het niet ver genoeg gaat. De Kennedybrug is een typisch voorbeeld van een kwaad waaruit iets goed kan voortkomen. De Kennedybrug heeft namelijk de dis cussie over de werkgelegenheid veroorzaakt. Toen bij de behandeling van de begroting door ons is gevraagd om een commissie voor de werkgelegenheid, is die vraag afgewezen met als motivering dat het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 278