289 20 MAART 1972 De motie-Crul vind ik tegen het college gericht en hoewel ik uw voorstel niet verstrekkend genoeg vind heb ik er toch geen be hoefte aan voor deze motie te stemmen. De motie-Froger zal ik echter wel steunen. De heer GEENE: De heer Crul heeft mij min of meer uitge daagd en ik zal dus moeten antwoorden. Ik geloof dat de heer Crul en ik hetzelfde adres hebben bezocht om informaties te krij gen. Daarover kunnen wij nauwelijks een verschil van mening heb ben. Het college heeft een ander adres bezocht om informatie te verkrijgen. De beide instanties hebben beide eigen meningen die op essentiële punten niet dezelfde zijn. Het lijkt mij echter hier niet de plaats daar nader op in te gaan. Ten aanzien van het bedrag van 20 miljoen meen ik dat het college nooit anders heeft gezegd dan dat het hier om financie ring en niet om subsidiëring gaat. Als de heer Crul dat niet goed heeft gelezen kan ik er niets aan doen en kan hij het bovendien het college niet kwalijk nemen. De heer CRUL: Zou ik u mogen vragen wat u in eerste instantie precies heeft bedoeld toen u zei dat u het niet eens was met de in het preadvies gemaakte opmerkingen over dit bedrag van 20 miljoen? Nu begrijp ik het niet meer. De heer GEENE: Ik heb gezegd dat op pagina 4 in de derde alinea door het college wordt gesteld dat het provinciaal bestuur de beschikking heeft gekregen over 20 miljoen extra financie ringsmiddelen. Dat betekent alleen maar dat dit bedrag vervroegd ter beschikking wordt gesteld. Het bedrag wordt afgetrokken van het bedrag dat jaarlijks aan de gemeenten wordt toegewezen. Dit heeft derhalve niets te maken met subsidiëring. Ik heb dus niet willen zeggen dat het college het niet goed heeft vermeld, want ook het college spreekt alleen maar over financiering. Terwille van de duidelijkheid heb ik aangetoond dat het bedrag van 20 miljoen niets met subsidiëring te maken heeft. Men heeft alleen een aantal gemeenten vervroegd toestemming gegeven geldleningen aan te gaan ter financiering van bepaalde bouwprojecten. Deze kwestie staat geheel los van de D. A.C.W., deze dienst wordt daar zelfs niet in gekend. Mevrouw van Nes heeft opgemerkt dat het niet haar bedoeling was in te gaan op de werkloosheid in bredere zin. Om die reden heb ik de motie, die door haar mede was ondertekend, laten pas seren zonder mijn handtekening. In de motie wordt namelijk ge steld dat de regering faalt op het gebied van de werkloosheids bestrijding. Als het op die manier wordt gesteld, wordt gedoeld op werkloosheid in een veel groter verband en dan komen wij te recht op de stoel van de regering. Er is natuurlijk iets aan de hand. Een vorige maal heb ik al eens gezegd dat deze werkloosheid beslist anders is dan de werkloosheid die wij voorheen hebben ge kend. De heer FROGER: Voor de mensen niet! Dat is van belang. De heer GEENE-, Dat is een kwestie van regeringsbeleid. Als wij daarover willen oordelen zullen wij in veel breder verband

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 289