308
20 MAART 1972
38. Bijlage nr. 120
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BE
SCHIKBAARSTELLEN VAN EEN WERKKREDIET VOOR 1972 AAN
DE BESTUURSCOMMISSIE VOOR DE SOCIALE WERKVOORZIENING.
39. Bijlage nr. 121
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET TOE
KENNEN VAN EEN SCHADELOOSSTELLING AAN MEVROUW F.A.
VLEUGELS-SCHUTTER WEGENS AFSTANDDOENING VAN DE HUUR
EN HET RECHT OP GEBRUIK VAN HET CAFé-WOONHUIS GASSTRAAT
9-9a.
40. Bijlage nr. 122
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET TOE
KENNEN VAN EEN SCHADELOOSSTELLING AD 13. 500, AAN
F.A. MARTENS WEGENS AFSTANDDOENING VAN DE HUUR EN
HET RECHT OP GEBRUIK VAN HET PAND HEILAARSTRAAT 19.
41. Bijlage nr. 123
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BE
SCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET AD 24. 100, T. B. V.
HET VERBOUWEN VAN DE BEGANE GROND VAN HET PAND VEE
MARKTSTRAAT 60 VOOR DE HUISVESTING VAN DE GEMEENTE
LIJKE KREDIETBANK.
42. Bijlage nr. 124
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BE
SCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET AD 11.300,-- T.B.V.
HET VERBOUWEN VAN DE EERSTE VERDIEPING VAN HET PAND
VEEMARKTSTRAAT 60 VOOR DE HUISVESTING VAN HET CEN
TRAAL REGISTRATIEBUREAU.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt con
form deze voorstellen besloten.
Buiten de agenda wordt in behandeling gebracht een voorstel met betrek
king tot de grens van het aan Breda over te dragen gebied van de Haag
se Beemden in het kader van het uitbreidingsplan Breda-Noord.
De heer DEES: Onze fractie juicht het toe dat de minister van
Binnenlandse Zaken in principe bereid is een wetsvoorstel in te dienen
met betrekking tot de overdracht van de Haagse Beemden aan Breda
en dat hij tevens van mening is dat voor deze beperkte wijziging niet
de gehele procedure volgens de Gemeentewet behoeft te worden ge
volgd. Daarentegen vind ik het volstrekt onbegrijpelijk dat het provin
ciaal bestuur kiest voor een grenswijziging, waarbij een gedeelte van
de bebouwde kom van Prinsenbeek, namelijk de Mr. Bierensweg en de
Spoorstraat, aan Breda zal worden overgedragen. Het is bekend dat dit
gebied buiten het bestemmingsplan Haagse Beemden - Oost valt en dat
gedeelte is voor Breda dan ook niet van belang. Voor Prinsenbeek is
het behoud van dat gebied wel van belang omdat de bewoners van dat
gebied op die gemeente zijn georiënteerd. Deze feiten zouden het
provinciaal bestuur bekend moeten zijn. Kennelijk wordt in Den Bosch
de tekenlineaal als een botte bijl gehanteerd, in plaats van dat men
uitgaat van de reële woon- en leefsituatie in dit gebied. Ik wil in dit