388
17 APRIL 1972
begeleiding kan bieden bij de noodzakelijke voorbereiding en uitwer
king van de renovatie. Bovendien wijs ik erop dat het college van bij
stand een versoepeling van de draagkrachtberekening zal bewerkstelli
gen, waardoor voor vele bewoners aan een groot deel van de materiële
moeilijkheden tegemoet kan worden gekomen.
Mevrouw VAN NES-BRANDS: Ik voel mij verplicht een nadere
toelichting te geven op de verklaring van de heer Kroon, die deze
heeft afgelegd namens de afdeling waarvan ik ook deel uitmaak. In
de eerste plaats moet ik erop wijzen dat het onderwerp waarbij deze
zaak aan de orde kwam met name het Westeinde betrof. Er lag voor
de afdeling namelijk een brief ter inzage van de architect van het
renovatieplan-Westeinde. Deze vreesde dat hij niet op tijd zou kunnen
beginnen, omdat de bewoners bepaalde bezwaren hadden en hun huis niet
wilden verlaten. De begeleidingscommissie die daar werkt heeft een aan
tal bewoners bezocht, maar niettemin zijn er bepaalde bezwaren blijven
bestaan. De leden van de afdeling vreesden toen dat het werk daar niet
op tijd zou kunnen beginnen, althans niet volgens de afspraken die met
architect en aannemer waren gemaakt. De reden dat ik die verklaringen
steun is dat ik mij verantwoordelijk voel voor de besluiten die door de
raad inzake de renovatie zijn genomen. Voortdurend heb ik aangedron
gen op versnelling van de procedures, er zijn op mijn verzoek zelfs
vragen over de renovatie gesteld in de Tweede Kamer. Formeel zijn
de zaken nu rond en zou uitvoering kunnen worden gegeven aan de be
sluiten. Als opdrachtgever aan de uitvoerders lijkt het mij juist te ver
langen dat nu ook met het werk kan worden begonnen. Niettemin heeft
het mij verbaasd dat de leden van de afdeling verwonderd waren over
de moeilijkheden in de wijk. In de vorige raadsvergadering is al geble
ken dat veel raadsleden de renovatie zien als een wondermiddel en dat
voorbijgegaan wordt aan de aard van de ingreep. Het is net als met een
operatie: als een patiënt ziet de bewoner op tegen de veranderingen die
voor de deur staan; het ongerief, de veranderingen in huis, tweemaal
verhuizen, vooral ook de te maken onkosten, de verzorging van dieren,
enz. Dat alles wekt weerstand op bij de mensen.
Ik ben echter tot de conclusie gekomen, ook met betrekking tot
het Westeinde, dat de bewoners met elkaar en met behulp van anderen
tot een oplossing zullen komen. In de vorige raadsvergadering heb ik ook
al gezegd dat er groot wantrouwen bestaat tussen de "gemeente" en de
wijkbewoners. Zoals reeds gezegd sluit ik mij aan bij de woorden van
de heer Kroon waar het gaat om de verantwoordelijkheid van de raad
voor de tenuitvoerlegging van genomen besluiten. Het zou de leden
van de afdeling echter sieren als zij de moeite zouden nemen contact
op te nemen met de bewoners van de wijk waar renovatieplannen op
stapel staan, opdat in plaats van wantrouwen wederzijds begrip kan ont
staan voor eikaars situatie en er overleg kan komen inzake de knelpun
ten.
Het voorstel dat nu aan de orde is betreft in concreto de Vestkant.
Ook daar bestaan ernstige moeilijkheden. Een brief daarover is donder
dag jl. aan ons allen uitgereikt. Inmiddels heeft, zoals de heer Crul
al heeft meegedeeld, zaterdagmorgen nog een snel overleg plaatsge
vonden tussen leden van het actiecomité aldaar, bewoners en een aan
tal raadsleden. Uit dat gesprek is gebleken dat overleg nodig en ook
mogelijk is, in plaats van het betrekken van stellingen tegenover el
kaar. Duidelijk is ook gebleken dat de bewoners slecht op de hoogte
zijn van de mogelijkheden die er zijn om in individuele noodgevallen