41
20 JANUARI 1972
bezwaar tegen als de raadsafdeling van de gelegenheid gebruik zou
willen maken om terug te komen op datgene wat reeds uitvoerig be
handeld is.
De heer CRUL: Ik ben er nog niet uit, mijnheer de voorzitter.
Is het wel een mededeling of is het geen mededeling? De heer Broe
ders is ingegaan op het punt van het advies van de afdeling, maar
niet op de vraag of wij hier een besluit moeten nemen. Zouden wij
hier vanavond een besluit moeten nemen dan gaat het hier om een
voorstel.
De heer BROEDERSDe raad hoeft geen besluit te nemen; het is
een mededeling. Ingevolge de eerdere behandeling worden de tarieven
automatisch in deze zin aangepast. Wij gaan nu echt te ver.
heer CRUL: Ik heb er helemaal geen moeite mee dit punt ver
der als mededeling te behandelen, maar naar mijn mening is hetgeen
de wethouder zegt niet juist. Op geen enkele wijze is vastgelegd dat
de verhoging automatisch aangepast wordt aan de maximum-tarieven
van de geldschieterswet; dat staat nergens.
De heer BROEDERS: Er staat niet dat de tarieven automatisch aan
gepast worden aan de maxima van de geldschieterswet. Er is wel een
bepaling ten aanzien van de tarieven van de Kredietbank. Deze tarie
ven worden begrensd door de maxima van de geldschieterswet. In ver
band hiermede kon de tariefverhoging niet helemaal doorwerken. Wij
hebben dus tarieven aangenomen, die niet volledig konden doorwerken,
omdat de begrenzing van de geldschieterswet dat niet toeliet met be
trekking tot bepaalde categorieën. Die beperking is vervallen en de
door ons vastgestelde tarieven werken nu ook ten aanzien van de andere
bedragen door. Is dat voldoende duidelijk?
De heer CRUL: Dat begrijp ik volkomen, maar daar gaat het niet
om. Het gaat erom dat wij vanavond best zouden kunnen besluiten om
niet die maxima in rekening te brengen. Ik begrijp niet wat er tegen
kan zijn om deze zaak gewoon als voorstel te behandelen. Ik heb over
deze kwestie iets te zeggen, waardoor ik een wezenlijke inbreng kan
leveren, en daarom sta ik erop dat het een voorstel wordt. Ik wil het
verder ook wel gewoon als mededeling behandelen, maar dan moet
de zaak wel gewoon in discussie kunnen komen, opdat de raad hierover
een beslissing kan nemen.
De VOORZITTER: Het lijkt mij het verstandigste als u nu uw in
breng levert en dat u op dit moment de door u gewenste interpretatie van
deze zaak geeft. Wij zullen dan de reactie van het college op uw betoog
even afwachten.
De heer CRUL: In de vergaderingen van 16 en 20 september j. 1.
is een aantal voorstellen aan de orde gekomen met betrekking tot de
Kredietbank en daarmede verband houdende zaken. Zoals reeds gezegd
behoorde daartoe bijlage 291 betreffende de geldschietersvergoeding.
Uitvoerig is toen over de Kredietbank en het voortbestaan daarvan ge
sproken en behalve de heer Van Graafeiland, die toen namens de
V. V.D. practisch alleen over de economische en financiële kant van
de zaak gesproken heeft, hebben alle andere sprekers toch duidelijk