441 24 APRIL 1972 kingen maken over het voorliggende voorstel. Ik ben er van overtuigd dat op den duur de stad vrij moet worden gemaakt van verkeer, met name de Grote Markt, die dan moet worden aangepast bij het bestaande voetgangersdomein. Aan het voorstel van de V. V. D. de Grote Markt nu ineens voor het verkeer af te sluiten zitten naar mijn mening echter grote risico's. Wij krijgen dan namelijk wel een afsluiting van de Gro te Markt, maar een stofferingsplan is niet voorhanden, dat moet nog komen. Er ontstaat dan een afgesloten Grote Markt met een onaange past voetgangersdomein, waardoor een grote kale ruimte ontstaat, die naar mijn overtuiging zal resulteren in de omstandigheid dat een groot deel van de economische functie aan het gebied zal worden onttrokken. Ik voel dan ook meer voor een fasering en voor een verkeersvrij maken van het zuidelijke deel van de Grote Markt, zoals in dit voorstel wordt gesteld, hoewel ik ook daarin enig risico zie wanneer niet direct wordt bewerkstelligd dat dat zuidelijke deel ook een aantrekkelijk karakter krijgt. Voorts wordt in het voorstel gesproken over een experimentele fase. Ik kan dat natuurlijk wel volgen, maar zou het college mij kun nen meedelen hoe lang deze experimentele fase naar mijn mening zal duren? Mijn derde vraag betreft de vervangende parkeerruimte. Zoals het voorstel nu luidt gaan er 97 parkeerplaatsen verloren, waarvoor wordt verwezen naar een tijdelijke oplossing in de buurt van de Beijerd. Mijn vraag is nu of die parkeerruimte daar eerst in orde wordt gemaakt voordat het zuidelijk gedeelte van de Grote Markt voor het verkeer wordt afge sloten. De heer KROON: Er is al zoveel gezegd over dit voorstel, met name door de V.V.D. -fractie - uiteraard, omdat die een initiatiefvoorstel ter tafel heeft gebracht - dat ik het maar heel simpel zal houden. Waar schijnlijk behoor ik bij die simpele raadsleden waarover de heer Sand- berg heeft gesproken. Dit voorstel is ook zeer uitvoerig behandeld in de afdeling voor ruimtelijke ordening en de afdeling voor verkeer en vervoer. Uiteinde lijk heb ik mij aangesloten bij het voorliggende voorstel van het colle ge, hoewel ik, ook ten aanzien van de verkeersgeleiding, mijn beden kingen daartegen had en nog heb. Daarvoor zijn echter redenen aange voerd waar ik straks nog op terug kom. De reden dat ik het voorstel van het college toch zal steunen is hierin gelegen dat ik het zie als een eerste fase. Ik meen - en in die mening ben ik gesterkt door de behandeling in de beide genoemde af delingen - dat het uiteindelijk toch ook de bedoeling van het college is de gehele Grote Markt verkeersvrij te maken. Ik geloof dat wij het daar allemaal over eens zijn. Dit is echter een eerste fase om op kor te termijn iets te kunnen doen binnen het kader van het financieel mo gelijke en dat is voor mij een zeer belangrijk punt van overweging ge weest om te zeggen dat wij hiertoe direct moeten overgaan, voordat het vacantieseizoen begint, enz. Dit neemt niet weg dat ik, zoals ik zojuist al heb gezegd, ten aanzien van de verkeersgeleiding toch nog bedenkingen heb. Door an dere sprekers is het al heel duidelijk gezegd en ik behoef er dan ook niet veel aan toe te voegen. Een van de argumenten die door het col lege naar voren zijn gebracht - die zijn nu nog niet genoemd, maar dat zal de wethouder straks zelf wel doen - is het binnenkomen via de Vismarktstraat, wat juist door de brandweer bijzonder belangrijk wordt geacht. Dit is voor mij mede aanleiding geweest nolens volens genoegen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 441