20 JANUARI 1972
44
mogelijkheid moesten geven om bij de Gemeentelijke Kredietbank
terecht te kunnen, omdat elders die mogelijkheid niet aanwezig was.
De wethouder heeft dan ook terecht van een sociale functie van de
Kredietbank gesproken. Ik geloof toch dat het idee van de heer Crul
een bijzondere overweging waard is; uiteraard zou dat wel gepaard
moeten gaan aan een uitgebreidere studie, omdat wij dan met de Kre
dietbank een nog meer sociale kant op zouden gaan dan tot nu toe het
geval was. Ik heb in het verleden al eens gevraagd of men bij de Kre
dietbank nagaat om welke redenen de leningen gesloten worden. Mis
schien zou nl. een belangrijke categorie naar een andere instantie ver
wezen kunnen worden, waar men hulp zou kunnen bieden zonder dat
hiervoor een lening noodzakelijk is. Het zou natuurlijk bijzonder ver
gaande financiële consequenties met zich meebrengen; de structuur
van de Kredietbank zou in belangrijke mate worden gewijzigd. Ook
de kwestie van de regionalisatie, die ik in het verleden al eens heb
opgevoerd, zou in die beschouwing moeten worden betrokken, omdat
dan ook andere gemeenten eventueel medewerking zouden moeten
verlenen. Kortom, naast de waardering die ik heb voor het voorstel
van de heer Crul wil ik het college gaarne in overweging geven de
zaak in verband met de financiële consequenties nog eens rustig te
onderzoeken, b.v. ook in de raadsafdeling voor de financiën.
De heer BROEDERS: Ik ben graag bereid in de raadsafdeling voor
de financiën op deze zaak terug te komen. Ik moet u wel zeggen dat
ik eigenlijk gehoopt had dat wij niet iedere keer in de raadsvergadering
over de Kredietbank zouden behoeven te spreken. Mijns inziens hebben
wij in de raadsafdeling voor de financiën aan de hand van vrij uitge
breide documentatie, zij het deze landelijk gezien niet van de aller
laatste datum was, de gehele zaak doorgenomen. Vervolgens is uit
een discussie in de raad naar voren gekomen hoe de raad de Bredase
Kredietbank nu zag. Ik geloof dat wij als raad zouden moeten zeggen
ons voorlopig aan het eenmaal genomen besluit te zullen houden.
Mijns inziens zou er sprake moeten zijn van vrij belangrijke zaken,
zoals nieuwe ontwikkelingen en nieuwe opvattingen, alvorens een
hernieuwd debat over de Kredietbank zou dienen plaats te vinden.
Ik ben niet tegen een debat over deze zaak, maar ik geloof toch dat
wij enige tijd rust nodig zullen hebben. Het lijkt mij juist dat wij aan
de hand van bepaalde besluiten een tijdlang werken. Wij kunnen dan
overwegen of er nog meer gedaan moet worden en kunnen dan na ver
loop van tijd op de zaak terugkomen. De heer Crul heeft als ik hem
goed begrepen heb gezegd geen behoefte meer te hebben aan een
verdere discussie als ik hem zou toezeggen in de raadsafdeling voor
de financiën op deze zaak terug te komen. Bij deze zeg ik hem dat
graag toe.
29. Bijlage nr. 26
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT VERHO
GING VAN DE ELECTRICITEITSTARIEVEN.
30. Bijlage nr. 27
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET NE
MEN VAN EEN ALGEMEEN GELDLENINGSBES LUIT AD 40. 000. 000,
31. Bijlage nr. 28
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VER-