18 MEI 1972
bewoners daar niet om gevraagd, doch dit gebeurt sporadisch. Even
sporadisch gebeurt het, dat er eens een enkeling bezwaar maakt
tegen het aanleggen van parkeerhavens. In het geval van de Dillen
burgstraat gebeurde dit, omdat het overblijvende trottoir te smal
zou zijn. Op plaatsen waar aldaar parkeerhavens aangelegd worden
zal echter het trottoir minstens 1. 50 m breed blijven, hetgeen ruim
schoots voldoende is voor de voetgangers.
VRAAG (gesteld in de raadsvergadering van 20 maart 1972)
Mevrouw WILLEMS-VAN DOORN: ik zou graag willen weten wan
neer wij het rapport van de sociografische dienst inzake Breda-Noord
tegemoet kunnen zien.
ANTWOORD
Het ten deze bedoelde rapport zal omstreeks juni 1972 gereed zijn.
Toezending aan de raadsleden zal kort daarna plaatsvinden.
VRAAG (gesteld in de raadsvergadering van 20 maart 1972)
Mevrouw WILLEMS-VAN DOORN: mijn vraag heeft betrekking
op het instituut van het fractie-assistentschap. Gezien de steeds toe
nemende verzwaring van het raadslidmaatschap en de onmogelijkheid
voor de fracties hun werk optimaal te doen, neemt ondersteuning
toe. Wij denken ons die steun allereerst in de vorm van toevoeging
van een fractie-assistent. Wij zouden het college willen vragen na
te doen gaan wat er op dit terrein elders in den lande is gerealiseerd
of gerealiseerd zal worden, welke financiële en andere gevolgen dit
voor de gemeente zou kunnen hebben en of er op dit terrein iets
te realiseren is binnen het kader van de A. W.-regeling.
Aan de hand van deze gegevens zou dan eventueel een dis
cussie over dit onderwerp in deze raad kunnen plaatsvinden.
ANTWOORD
Voor zover de Vereniging van Nederlandse Gemeenten bekend is
hanteren vrijwel alle gemeentebesturen die een vergoedingsregeling
voor fractieassistentie hebben vastgesteld, daarin hetzelfde systeem,
namelijk beschikbaarstelling van een bepaald bedrag aan de fractie
als een bijdrage in de kosten van de werkzaamheden die de fractie
en haar leden als zodanig maken. Uiteraard verschillen de beschik
baar te stellen bedragen, zodat ook de aard van de fractie-assistentie
in de diverse gemeenten verschillend is.
De z.g. A. W.-regeling biedt o.i. voor het aantrekken van fractie
assistenten geen oplossing. Allereerst zal de werkzaamheid als een
A.W.-object moeten worden aangemerkt. Vervolgens is het voort
bestaan daarvan afhankelijk van het beschikbaar zijn van daarvoor
geschikte werklozen.
Tenslotte is een van de voorwaarden voor de beschikbaarstelling
van rijkssubsidie, dat de geplaatsten in beginsel slechts een half
jaar op een dergelijk object werkzaam mogen zijn.
De voor bedoeld werk zo noodzakelijke continuïteit is derhalve
geenszins verzekerd.
liggen ter visie in de leeskamer.