482
18 MEI 1972
behoren. Natuurlijk is er te praten over de vraag hoe dit geregeld
zou moeten worden als die uitzendingen mogelijk worden. Wij den
ken daarbij aan het beheer van de eigen doorgifte van programma's
door bij voorbeeld een commissie uit de raad, waarin naast leden
uit die raad ook de burgerij en eventueel de omroepen vertegen
woordigd zouden zijn. Er is -- ik meen dat dit wel bekend is --
op het terrein van die plaatselijke omroepen al een aantal experi
menten aan de gang. In Melick-Herkenbosch gebeurt dit onder ver
antwoordelijkheid van de burgemeester, in nauwe relatie met de
industrie; in Arnhem ligt die verantwoordelijkheid bij een uitgever
en in Amsterdam, in de Bijlmer, behoort het tot de verantwoorde
lijkheid van een aantal burgers. In de praktijk is gebleken dat de
laatste oplossing de meest aantrekkelijke is, hoewel daar ook kanten
aan zitten die niet zo gunstig zijn, omdat de contróle vanuit de
overheid ontbreekt.
U zult begrepen hebben dat art. 1 volgens ons op deze wijze
niet in de overeenkomst kan blijven staan. Wij wensen de bevoegd
heid uitdrukkelijk aan de gemeente toe.
Het nieuwe art, 9 geeft wel de garantie dat slechts diegenen
aan bod zullen komen die over een machtiging van de centrale
overheid beschikken, maar dit punt heeft nog zoveel andere kanten
die, ook al heeft men de vergunning van de centrale overheid, ter
discussie staan, zoals de zendtijdveraeling, het al dan niet weigeren
van personen of instellingen die een machtiging hebben enz. De
verantwoordelijkheid daarvoor behoort onzes inziens duidelijk bij de
overheid thuis.
Nog een aantal opmerkingen over de artikelen 10, 11 en 14.
In een aantal artikelen wordt uitdrukkelijk gesteld dat er overleg
tussen de gemeente en de Casema zal gaan plaatsvinden over be
paalde punten. Wij zouden het op prijs stellen indien dat overleg
ten behoeve van de burgerij in het openbaar zou plaatsvinden.
In art. 10 wordt gesproken over het werkprogramma van de
Casema, Wij zijn door nogal wat mensen benaderd die erop aan
drongen dat, wanneer de Casema haar werk gaat doen, bekend
wordt gemaakt wanneer zij in een bepaalde wijk aan de slag gaat.
Graag zouden wij wat nadere informatie over die kwestie willen
hebben, met name over de vraag of er al een bepaald werksche
ma is opgesteld.
Samenvattend kan ik stellen dat wij waardering hebben voor
de overzichtelijkheid van het voorstel, dat wij blijven staan achter
onze principiële goedkeuring met betrekking tot de overdracht van de
exploitatie en dat wij willen worden geïnformeerd over de navolgende
vragen en opmerkingen.
Op welke wijze zal uw machtiging gehanteerd worden? Gaat de
begeleidingscommissie in dezen een rol spelen? Zijn er afspraken
gemaakt over het onderhoud en het risico van de n. w. a.-inrichting?
De passage in art. 7 betreffende de bouwverordening en de aansluit-
plicht voor gemeentewoningen zou onzes inziens gewijzigd moeten
worden en voorts zou met betrekking tot het verwijderen van de
antennes de gemeente woning gelijk moeten worden gesteld met de
andere woningen. Volgens ons moet er geen overdracht van be
voegdheden aan de Casema voor de doorgifte van andere dan ether
signalen plaatsvinden. Ten slotte: Het overleg met de Casema dient
naar onze mening in het openbaar te geschieden.