519
18 MEI 1972
ik echter het recht te hebben daarover een opmerking te maken.
Wethouder VAN DÜN: Ik vind de nadere uitleg van de heer Van
Os van hetgeen hij gezegd heeft bijzonder prettig, hoewel ik moet
zeggen dat ik in wil staan voor de competentie van de ambtenaren
die de relatie met de B, B, A„ onderhouden. Uiteraard doet dit niets
af van het feit dat er, wanneer er meer deskundigheid binnen het amb
telijk apparaat komt, gebruik van gemaakt moet worden.
De heer Sandberg kan ik zeggen dat de informatie bij het college
reeds aanwezig was. Immers, het college is het aangewezen orgaan
dat deze zaken met de B„ B. A, regelt.
Ten aanzien van de door hem gedane suggesties wil ik er hem
op attenderen dat ik heb toegezegd dat wij nadat de rekening binnen
is gaan praten over de suggesties die vanuit de afdeling zijn gedaan
en over de vraag wat wij tezamen met de B.B. A„ nog meer zouden
kunnen doen.
Zijn klacht dat deze tariefsverhoging in 1971 niet in de afdeling
is besproken, lijkt mij weinig grond te bevatten. Het was immers niet
mogelijk toen reeds te praten over het "ongeboren kind" van de heer
Sandberg.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voor
stel van burgemeester en wethouders besloten.
22, Bijlage nr. 180.
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AAN
GAAN MET DE N.V. NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN VAN EEN
OVEREENKOMST INZAKE VERLENGING VAN DE PERSONENTUNNEL,
DE BOUW VAN EEN RUWIELBERGPLAATS EN DE AANLEG VAN
VOORRIJD- EN PARKEER GELEGENHEDEN NOORDELIJK VAN HET
NIEUWE STATION MET EMPLACEMENT.
De heer VAN MERKOM: In eerste instantie lijkt uw voorstel om
te komen tot een verlenging van de voetgangerstunnel voor het nieuwe
station een alleszins wijs voorstel. De bereikbaarheid van het station
wordt er beter door gemaakt, met name de bereikbaarheid vanuit het
noorden van Breda, hetgeen in de toekomst nog wel belangrijker zal
worden. Wij steunen dan ook uw voorstel op dit punt, want het houdt
een alternatieve voetgangersroute tussen Breda-noord en het centrum
in. Men zal daarmede niet steeds meer via het tunneltje van de Ter-
heydenseweg behoeven te lopen, doch van het stationsplein rechtstreeks
de Markt kunnen bereiken,
Of dit zo aantrekkelijk is als het lijkt, is nog een vraag. Men
zal goed ter been moeten zijn, want bij gebruikmaking van het tun-
neltj e zal men een aantal trappen op en af moeten. Het tunneltje
loopt immers onder het goederenemplacement door en dat is"lager ge
projecteerd dan het station zelf. Mensen met fietsen en kinderwagens
zullen het tunneltje dus niet kunnen gebruiken en dit zal helemaal on
mogelijk zijn voor gehandicapten. Ook de bereikbaarheid van de per
rons vanuit het tunneltje is voor gehandicapten niet zo groot.
In een verslag van de leerlingen van de Mytylschool, onlangs
aan uw college verstrekt, wordt duidelijk gevraagd een behoorlijke
toegankelijkheid van 'het station voor de gehandicapten en naar onze
smaak dus ook van de tunnel en de perrons.
Wij zouden van het college graag de toezegging hebben dat het