547
23 MEI 1972
plaats moeten vinden, is het tijdstip hiervoor zeer nabij. Juist daar
aan zijn namelijk hoge kosten verbonden.
Ik heb even gesproken over die. aansprakelijkheid. De wethouder
heeft geantwoord dat wij de aannemer en degene die het leidingennet
heeft gelegd, moeilijk kunnen aanspreken omdat het net gelegd is vol
gens een bestek en tekeningen. Dit punt is vandaag niet voor het eerst
ter sprake. Ik kan mij herinneren dat dit vele malen ter sprake is geweest,
ook in het begin reeds. Ook toen heb ik gezegd dat ik ook denk aan
volkshuisvesting. Het is namelijk volkshuisvesting die bedragen beschik
baar heeft gesteld voor de aanleg van de verwarming. Wanneer men
beperkte middelen beschikbaar stelt, kan men daarvoor niet een lei
dingennet en een installatie bouwen die optimaal functioneren zoals
men dat graag zou willen. Ik heb gedoeld op aansprakelijkheid in die
richting.
De wethouder heeft een slag om de arm gehouden toen hij een
antwoord gaf op de opmerking over wijkverwarming in de toekomst.
Ik moet. duidelijk zeggen dat in deze raad één van de voorgangers van
de wethouder, de heer Gielen, heel duidelijk heeft gezegd dat. wijkver-
warming in deze vorm niet meer zou worden toegepast, gezien de er
varingen die wij daarmee hebben opgedaan.
Wethouder VAN GRAAFEILAND: Mag ik onmiddellijk antwoorden?
Anders ben ik de pagina waarop het staat kwijt.
De VOORZITTER: Dat moet u toch nog een tijdje kunnen onthou
den. Tekent u het goed aan.
De heer VAN DUIJL: De wethouder heeft antwoord gegeven op
de vraag over de bemeterde warmte. Daarbij heeft hij naar mijn smaak
een enigszins grote slag om de arm gehouden. Ik heb gevraagd of de
wethouder niet wat concreter wilde zijn. Dat is er geheel niet uitgekomen.
Ik zou er toch graag een lans voor willen breken dat men dit niet op de
lange baan zal schuiven. Ik wil de wethouder niet aan een termijn bin
den. Hij vindt dat er overleg moet plaatsvinden. Ik weet echter hoe
dat gaat met overleg. Dat kan men zeer langdurig laten plaatsvinden.
Het is vandaag 23 mei. Ik wil er de nadruk op leggen dat ik beslist
binnen een jaar van de bemeterde warmte af wil, althans als het over
leg gunstig uitvalt.
De heer Van Os merkte op dat over de wijkverwarming bijna
niets op papier staat. Ik zou bijna "ter leringh ende vermaeck" van
de eer Van Os willen vragen alle dossiers, alle notulen van alle ver
gaderingen van begeleidingscommissies en van alle commissies die er
geweest zijn aan de heer Van Os toe te zenden opdat hij kan zien wat
hierover op papier staat. Ik denk dat hij de eerste maand wel genoeg te
lezen zal hebben.
De heer VAN OS: Dat heb ik niet bedoeld. Ik bedoel vóór de
buizen in de grond kwamen.
De heer JANSEN: Ik. ben blij dat de wethouder zegt dat de mo
gelijkheden om over te gaan op individuele units of blok-units beke
ken zullen worden. Ik hoop dat het niet alleen bij bekijken blijft,
maar dat het in de toekomst ook mogelijk wordt hiertoe geleidelijk
over te gaan.
De installateur kan niet aansprakelijk gesteld worden.