55 20 JANUARI 1972 van de Raad voor het Midden- en Kleinbedrijf. Er vindt slechts een omzetverschuiving plaats. Men rept ook niet over de verdere achter- uitstelling van het winkelpersoneel, dat de vrije zaterdag reeds moet ontberen en dat nu ook nog de vrijdagavond moet opofferen. Ik kom straks op de enquête nog even terug. Ook de vrouwenorganisaties in Breda hebben hun mening kenbaar gemaakt. Een drietal vrouwelijke raadsleden geeft de raad een samenvatting van de van deze organisa ties ontvangen antwoorden. In de laatste zin van deze samenvatting staat dat er verschil van inzicht bestaat tussen de vertegenwoordigers van de werkneemsters en die van de consumenten. Ik mag er mijn vrouwelij ke collega's wel even op attenderen dat de vertegenwoordigsters van de werkneemsters ook consumenten zijn. Er vallen mij twee dingen op. Op de eerste plaats hebben weinig organisaties hun mening gemo tiveerd. Hierbij is opmerkelijk dat de organisaties die gelieerd zijn aan de vakbeweging dit wel hebben gedaan. Op de tweede plaats gaat de afdeling Breda van de Nederlandse Vereniging van Huisvrouwen voor bij aan de kostenverhoging, die een koopavond met zich meebrengt. De extra personeelslasten en de kosten voor verwarming en verlichting neemt de winkelier beslist niet voor eigen rekening; hij zal deze kos ten op de consument verhalen. Deze organisatie ondergraaft nu haar eigen stellingen; zij roept immers de consument steeds weer op tot een prijsbewuste houding. 2. Het winkelpersoneel. In een uitvoerige brief heeft de samenwerkingscommissie van de werknemersorganisaties in de detailhandel, de Decom genaamd, haar bezwaren aan het college kenbaar gemaakt. Zij heeft gewezen op de achterstand die het winkelpersoneel nog heeft ten opzichte van de werk nemers in het overige particuliere bedrijfsleven. De realisering van een vrije zaterdag is nog veraf, ook in de Bredase situatie. Tijdens een ge sprek dat dinsdag j. 1. op verzoek van het grootbestuur van het N. K. V. Breda gevoerd werd tussen vertegenwoordigers van de werknemers en werkgevers in de detailhandel te Breda werd in antwoord op een door mij gestelde vraag door de secretaris van de commissie Middenstand- Grootwinkelbedrijven aangevoerd dat winkelsluiting op zaterdagmiddag een nekslag voor de winkeliers zou betekenen; het zou zelfs een ramp zijn. Hiermede wil ik betogen dat het instellen van een koopavond op vrijdag naar mijn mening niet betekent dat de vrije zaterdagmiddag voor het winkelpersoneel in het verschiet zou liggen. In de stad Gro ningen werd gedurende 13 maanden een proef genomen met een koop avond, waarna 10% van het personeel, d. w. z. 500 man werd geënquê teerd. Uit de enquête bleek dat slechts 40% van de werknemers de wet telijk vastgestelde vergoeding of compensatie had ontvangen, terwijl 40% te weinig kreeg en 20% helemaal niets. Het is daarom geen won der dat de Decom strijdt tegen de koopavond. De N. K. V. -centrale Breda heeft in haar grootbestuursvergadering van 22 december j. 1. de koopavond in Breda met algemene stemmen afgewezen. In haar ver gadering van 6 januari j. 1. heeft de G.V.B.het overlegorgaan van de vakcentrales in Breda, met de grootst mogelijke meerderheid de koopavond van de hand gewezen. Ik meen te mogen zeggen dat dui delijk is aangetoond dat de werknemers tegen de instelling van een koopavond zijn. 3. De winkeliers. Op bladzijde 3 van het preadvies lees ik:."dat het onderhavige ver zoek, hetwelk naar ons bekend is zeer zorgvuldig is overwogen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 55