- 586 29 MEI 1972 Is ^jdUz/VVYV^ dan doen en laten wat wij willen. Het taxatierapport geeft voor deze grond en opstallen een bedrag van rond f 900, 000, -- aan. Dit bedrag behoorde ons in feite al toe, Jn de tweede, plaats krijgen wij de be schikking over de opstallen die door de stichtingen op gemeentegrond gebouwd zijn. Deze opstallen zijn getaxeerd op 850,000, Van avond is hierover al eerder gesproken. Wij zouden, indien het taxatie- rapport juist is, hetgeen wij aannemen, toch wel genegen zijn de op stallen voor dit bedrag over te nemen, In de derde plaats za.1 het huur contract met de Pius X-stichting worden afgekocht, In deze huurover eenkomst, die eventueel tot 1 oktober 2030 verlengd zou kunnen wor den, is voor het huren van onze grond met opstallen een bedrag van f 5,796, -- per jaar vastgelegd. Ons inziens is dat een tamelijk gering bedrag. Gaarne, zouden wij vernemen welke kosten de gemeente jaar lijks moet maken voor het nakomen van dit huurcontract ee hoe groot dit bedrag, gekapitaliseerd tot het jaar waarin het huurcontract beëin digd zou moeten worden, uiteindelijk zou zijn. Aan de Pius X-stich ting zullen wij f miljoen betalen en wanneer wij in ogenschouw nemen dat. de opstallen die door de. stichtingen op gemeentegrond ge bouwd zijn op 850,000,-- getaxeerd zijn dan kunnen wij conclude ren dat de afkoopsom met betrekking tot het huurcontract 400, 000, -- bedraagt, In laatstgenoemd bedrag zijn wel de regelingen voor de cre diteuren verdisconteerd. Wij willen dan het bedrag dat uiteindelijk resteert in relatie zien tot de kosten die. de gemeente zou moe-ten ma ken, indien het huurcontract de maximale looptijd zou hebben. Ver der willen wij ons aansluiten bij mevrouw Stockmann, die gevraagd heeft of wij als de zaak rondgebreid is werkelijk geen vorderingen meer te verwachten hebben. De verkoop aan hei Waterschap is het volgende punt. Daarbij komt een geheel andere problematiek aan de orde. Wij zullen ons hierbij nl, moeten afvragen wat het de gemeente Breda, die in het streekplan West-Brabant toch duidelijk een centrumfunktie kri jgt toe gewezen, waard is een dienst als het Waterschap binnen haar grenzen te krijgen. Men kan natuurlijk stellen dat wij gewoon maar tot verkoop aan het Waterschap moeten overgaan. De verkoopwaarde, van het ge hele Bouvigne-complex is getaxeerd op f 1, 719,600, -; het Waterschap is bereid 1, 400, 00, - te betalen, Is het ons nu inderdaad 300, 000, -- waard om het Waterschap in Breda gevestigd te krijgen? Een belangrijk punt hierbij is de kwestie van de werkgelegenheid. Verder moet bi j onze overwegingen betrokken worden dat het onder houd van het kasteel Rouvigne gewaarborgd zal zijn, zodat dit kasteel voor de burgerij van Breda behouden kan blijven, In verband hiermede wil ook ik de vraag stellen of de Bredase, bevolking gebruik kan blijven maken van de tuin en het kapelletje van Bouvigne, Resumerend wil ik ten aanzien van onze besluitvorming toch wel zeer nadrukkelijk het volgende stellen. Wij zijn bijzonder blij dat wij op deze manier het kasteel voor de Bredase bevolking kunnen behouden; wij willen hieraan wel de openstelling van de. tuin voor het publiek koppelen. Verder verheugen wij ons erover dat het kasteel in handen van de over heid blijft. Hiermede wordt vermeden dat de verkoop van het kasteel in de speculatieve sfeer terechtkomt, waarbij b.v. een Amerikaan het kasteel zou kunnen opkopen en de gevolgen hiervan nog niet te overzien zouden zijn. Bij onze besluitvorming heeft de centrumfunktie van Breda en de werkgelegenheid, die nog onlangs een danige, knauw gekregen heeft, een zeer grote rol gespeeld. Voorts hopen wij nu ein delijk de verhoudingen met de desbetreffende stichtingen te kunnen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 586